Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: herausfinden

German and Dutch Search Results for: herausfinden

Summary

German to Dutch: more detail...

herausfinden:
- uitvinden
Wiktionary:
- herausfinden → ontcijferen, er achter komen, uitvogelen, doorhebben, uitvinden, onderzoeken, ontdekken

German

Detailed Translations for herausfinden from German to Dutch

herausfinden:

herausfinden verbe

herausfinden (erfinden)
uitvinden
- uitvinden verbe (vind uit, vindt uit, vond uit, vonden uit, uitgevonden)

Translation Matrix for herausfinden:

Verb	Related Translations	Other Translations
uitvinden	erfinden; herausfinden

Synonyms for "herausfinden":

auf die Spur kommen; auf die Schliche kommen; aufdecken; aufklären; ausfindig machen; ausmachen; detektieren; entdecken; erkennen; ermitteln; eruieren; festmachen; feststellen; identifizieren; sehen; verorten
belegen; bestätigen; beweisen; konstatieren; nachweisen; unter Beweis stellen; zeigen
auf etwas kommen; darauf kommen; draufkommen; in Erfahrung bringen
abstecken; abzirkeln; ausloten; bestimmen; orten; umgrenzen

Wiktionary Translations for herausfinden:

Cross Translation:

From	To	Via
• herausfinden	→ ontcijferen; er achter komen; uitvogelen; doorhebben	↔ figure out — come to understand
• herausfinden	→ uitvinden; onderzoeken; ontdekken	↔ find out — to discover