Summary
German to Dutch: more detail...
-
interagieren:
-
Wiktionary:
interagieren → in wisselwerking zijn met, beïnvloeden, elkaar, interageren -
Synonyms for "interagieren":
agieren; handeln; walten; wirken
-
Wiktionary:
German
Detailed Translations for interagieren from German to Dutch
interagieren:
Synonyms for "interagieren":
Wiktionary Translations for interagieren:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• interagieren | → in wisselwerking zijn met; beïnvloeden; elkaar; interageren | ↔ interact — act upon each other |