German

Detailed Translations for brummig from German to Dutch

brummig:


Translation Matrix for brummig:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
brommerig brummig; griesgrämig; grimmig; knurrig; kribbelig; mürrisch; nörglerisch; sauertöpfisch; schlechtgelaunt; unwirsch; verdrießlich
mopperig brummig; griesgrämig; grimmig; knurrig; kribbelig; mürrisch; nörglerisch; sauertöpfisch; schlechtgelaunt; unwirsch; verdrießlich
ModifierRelated TranslationsOther Translations
brommmerig brummig

Wiktionary Translations for brummig:

brummig
adjective
  1. (umgangssprachlich) schlechte Laune habend; missmutig

Cross Translation:
FromToVia
brummig bars; honds; nors; nurks; onaardig; onvriendelijk; stuurs; zuur bougon — (familier, fr) Qui a tendance à bougonner.
brummig bars; honds; nors; nurks; onaardig; onvriendelijk; stuurs; zuur grognon — Qui grogner. — usage N’a pas de féminin quand il s’applique aux personnes.
brummig mistroostig; naargeestig; somber; triestig; balorig; kregel; slechtgehumeurd; kregelig; gemelijk; akelig; naar; onaangenaam; verdrietelijk; vervelend; bars; honds; nors; nurks; onaardig; onvriendelijk; stuurs; zuur; saai maussade — D’humeur chagrin ; sombre ; ombrageux ; morose ; renfrogné.
brummig bars; honds; nors; nurks; onaardig; onvriendelijk; stuurs; zuur quinteux — Qui est fantasque, qui est sujet à des quintes, à des accès de mauvaise humeur.