Summary
English to Dutch: more detail...
-
present an argument for:
-
Wiktionary:
present an argument for → betogen
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for present an argument for from English to Dutch
present an argument for: (*Using Word and Sentence Splitter)
- present: aanwezig; tegenwoordig; present!; tonen; laten zien; presenteren; vertonen; cadeau; kado; geschenk; present; aardigheid; aanbieden; indienen; van nu; huidig; momenteel; van vandaag; modern; hedendaags; eigentijds; aanraden; aanbevelen; tentoonstellen; voordragen; nomineren; exposeren; voor ogen brengen; iemand recommanderen; presentje; aardigheidje; opperen; bedelen; naar voren brengen; poneren; beschenken; begiftigen; opgevoerd worden; tijdseigen; o.t.t.; onvoltooid tegenwoordige tijd
- present!: aanwezig; tegenwoordig; present!
- an: een; eentje
- argument: argument; ruzie; conflict; botsing; twist; debat; dispuut; geschil; woordenwisseling; woordenstrijd; twistgesprek; redetwist; redestrijd; pleidooi; redenering; gedachtegang; beredenering; onenigheid; onvrede; onmin; tegenbetoog
- for: want; à; voor; naar; ten behoeve van; toe; naar toe
Wiktionary Translations for present an argument for:
present an argument for
verb
-
een serie argumenten als een verhaal presenteren, bijvoorbeeld in een rechtszaak