Home ->Dictionaries ->English/Dutch ->Translate complaining

Translate complaining from English to Dutch

Summary
English to Dutch:   more detail...
  1. complaining:
  2. complain:
  3. Wiktionary:

English

Detailed Translations for complaining from English to Dutch

complaining:

complaining adj

  1. complaining
    negatief; zeurderig; beklagend
  2. complaining (bad tempered; moody; grumpy; )
    chagrijnig; humeurig; gemelijk; slecht gehumeurd; nurks; knorrig; sikkeneurig
  3. complaining (lamenting; woeful; wailing; plaintive; wretched)
    jeremiërend; klagerig; klaaglijk; jammerend
  4. complaining (moaning; wretched; whining; woeful; lamenting)
    klagend; lamenterend; jeremiërend; jammerend; klaaglijk; weeklagend; klagelijk

complaining [the ~] nom

  1. the complaining (reporting something)
    klacht indienen; het beklag
  2. the complaining (complaint; making complaints)
    het gekanker; het geklaag; het gemekker

Translation Matrix for complaining:

NounRelated TranslationsOther Translations
beklag complaining; reporting something
gekanker complaining; complaint; making complaints jeering; sneering
geklaag complaining; complaint; making complaints lamentation
gemekker complaining; complaint; making complaints beefing; bleating; harping on; moaning; nagging; yammering
klacht indienen complaining; reporting something
negatief negative
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
chagrijnig bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing cantankerous; capricious; crabbed; crusty; gruff; grumbling; grumpy; nagging; peevish; rigid; sullen; surly
gemelijk bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing bad-tempered; capricious; gruff; grumbling; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly
humeurig bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing capricious; cross-grained; grim; gruff; grumbling; grumpy; huffy; peevish; stern; sullen; surly; thin-skinned; touchy
klaaglijk complaining; lamenting; moaning; plaintive; wailing; whining; woeful; wretched
klagelijk complaining; lamenting; moaning; whining; woeful; wretched
klagerig complaining; lamenting; plaintive; wailing; woeful; wretched
knorrig bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing bad-tempered; cantankerous; capricious; crabbed; crusty; gruff; grumbling; grumpy; moody; nagging; peevish; rigid; stiff; sulky; sullen; surly
negatief complaining negative
nurks bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing bad-tempered; cantankerous; capricious; crabbed; crusty; gruff; grumbling; grumpy; moody; nagging; peevish; rigid; stiff; sulky; sullen; surly
sikkeneurig bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing capricious; grumbling; grumpy; peevish
zeurderig complaining
- complaintive
ModifierRelated TranslationsOther Translations
beklagend complaining
jammerend complaining; lamenting; moaning; plaintive; wailing; whining; woeful; wretched
jeremiërend complaining; lamenting; moaning; plaintive; wailing; whining; woeful; wretched
klagend complaining; lamenting; moaning; whining; woeful; wretched
lamenterend complaining; lamenting; moaning; whining; woeful; wretched
slecht gehumeurd bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing capricious; grumbling; grumpy; peevish
weeklagend complaining; lamenting; moaning; whining; woeful; wretched

Related Words for "complaining":

  • uncomplaining, complainingly, complain

Synonyms for "complaining":


Antonyms for "complaining":

  • uncomplaining

Related Definitions for "complaining":

  1. expressing pain or dissatisfaction of resentment1
    • a complaining boss1

complaining form of complain:

to complain verbe (complains, complained, complaining)

  1. to complain (put in a complaint)
    een klacht indienen; klagen; zijn beklag indienen
  2. to complain (nag; complaint; deplore; gripe; harp)
    zeuren; klagen
    • zeuren verbe (zeur, zeurt, zeurde, zeurden, gezeurd)
    • klagen verbe (klaag, klaagt, klaagde, klaagden, geklaagd)
  3. to complain (gripe; grumble; grouse; bellyache)
    kankeren; klagen; mopperen; over iets mopperen; brommen; pruttelen; morren
    • kankeren verbe (kanker, kankert, kankerde, kankerden, gekankerd)
    • klagen verbe (klaag, klaagt, klaagde, klaagden, geklaagd)
    • mopperen verbe (mopper, moppert, mopperde, mopperden, gemopperd)
    • brommen verbe (brom, bromt, bromde, bromden, gebromd)
    • pruttelen verbe (pruttel, pruttelt, pruttelde, pruttelden, geprutteld)
    • morren verbe (mor, mort, morde, morden, gemord)
  4. to complain (object; protest)
    reclameren; eisen
    • reclameren verbe (reclameer, reclameert, reclameerde, reclameerden, gereclameerd)
    • eisen verbe (eis, eist, eiste, eisten, geëist)
  5. to complain (raise objections)
    bezwaren; bezwaar maken; bezwaar aantekenen
    • bezwaren verbe (bezwaar, bezwaart, bezwaarde, bezwaarden, bezwaard)
    • bezwaar maken verbe (maak bezwaar, maakt bezwaar, maakte bezwaar, maakten bezwaar, bezwaar gemaakt)
    • bezwaar aantekenen verbe (teken bezwaar aan, tekent bezwaar aan, tekende bezwaar aan, tekenden bezwaar aan, bezwaar aangetekend)
  6. to complain (reclaim; claim back; call in)
    terugeisen; terugvorderen
    • terugeisen verbe (eis terug, eist terug, eiste terug, eisten terug, teruggeeist)
    • terugvorderen verbe (vorder terug, vordert terug, vorderde terug, vorderden terug, teruggevorderd)
  7. to complain (wail; lament; make complaints)
    jammeren; jeremiëren; weeklagen
    • jammeren verbe (jammer, jammert, jammerde, jammerden, gejammerd)
    • jeremiëren verbe (jeremiëer, jeremiëert, jeremiëerde, jeremiëerden, gejeremiëerd)
    • weeklagen verbe (weeklaag, weeklaagt, weeklaagde, weeklaagden, geweeklaagd)
  8. to complain (mutter; sputter; crackle; )
    protesteren; sputteren; tegensputteren; tegenpruttelen
    • protesteren verbe (protesteer, protesteert, protesteerde, protesteerden, geprotesteerd)
    • sputteren verbe (sputter, sputtert, sputterde, sputterden, gesputterd)
    • tegensputteren verbe (sputter tegen, sputtert tegen, sputterde tegen, sputterden tegen, tegengesputterd)
    • tegenpruttelen verbe (pruttel tegen, pruttelt tegen, pruttelde tegen, pruttelden tegen, tegengeprutteld)
  9. to complain (yammer; wail; whinge)
    zich beklagen

Conjugations for complain:

present
  1. complain
  2. complain
  3. complains
  4. complain
  5. complain
  6. complain
simple past
  1. complained
  2. complained
  3. complained
  4. complained
  5. complained
  6. complained
present perfect
  1. have complained
  2. have complained
  3. has complained
  4. have complained
  5. have complained
  6. have complained
past continuous
  1. was complaining
  2. were complaining
  3. was complaining
  4. were complaining
  5. were complaining
  6. were complaining
future
  1. shall complain
  2. will complain
  3. will complain
  4. shall complain
  5. will complain
  6. will complain
continuous present
  1. am complaining
  2. are complaining
  3. is complaining
  4. are complaining
  5. are complaining
  6. are complaining
subjunctive
  1. be complained
  2. be complained
  3. be complained
  4. be complained
  5. be complained
  6. be complained
diverse
  1. complain!
  2. let's complain!
  5. complained
  6. complaining
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Translation Matrix for complain:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bezwaar aantekenen complain; raise objections
bezwaar maken complain; raise objections
bezwaren complain; raise objections load; make heavier; weight
brommen bellyache; complain; gripe; grouse; grumble buzz; hum
een klacht indienen complain; put in a complaint
eisen complain; object; protest claim; demand; lay claim to; require
jammeren complain; lament; make complaints; wail
jeremiëren complain; lament; make complaints; wail
kankeren bellyache; complain; gripe; grouse; grumble bluster; grouse; grumble
klagen bellyache; complain; complaint; deplore; gripe; grouse; grumble; harp; nag; put in a complaint express displeasure
mopperen bellyache; complain; gripe; grouse; grumble
morren bellyache; complain; gripe; grouse; grumble murmling one's displeasure
over iets mopperen bellyache; complain; gripe; grouse; grumble express displeasure
protesteren bluster; complain; crackle; grumble; mumble; mutter; sputter deny; fight back; object; protest; rebut; refute; remonstrate; resist; struggle
pruttelen bellyache; complain; gripe; grouse; grumble stew
reclameren complain; object; protest
sputteren bluster; complain; crackle; grumble; mumble; mutter; sputter
tegenpruttelen bluster; complain; crackle; grumble; mumble; mutter; sputter
tegensputteren bluster; complain; crackle; grumble; mumble; mutter; sputter
terugeisen call in; claim back; complain; reclaim
terugvorderen call in; claim back; complain; reclaim
weeklagen complain; lament; make complaints; wail
zeuren complain; complaint; deplore; gripe; harp; nag bluster; carry on one's point; dawdle; delay; grouse; grumble; linger; nag; procrastinate; put off; retard; saunter; tarry
zich beklagen complain; wail; whinge; yammer
zijn beklag indienen complain; put in a complaint
- kick; kvetch; plain; quetch; sound off
OtherRelated TranslationsOther Translations
- croak; grumble; moan

Related Words for "complain":


Synonyms for "complain":


Antonyms for "complain":


Related Definitions for "complain":

  1. make a formal accusation; bring a formal charge1
    • The plaintiff's lawyer complained that he defendant had physically abused his client1
  2. express complaints, discontent, displeasure, or unhappiness1
    • My mother complains all day1

Wiktionary Translations for complain:

complain
verb
  1. to make a formal accusation or bring a formal charge
  2. to express feelings of pain, dissatisfaction, or resentment
complain
verb
  1. ontevredenheid uiten, klachten indienen
  2. ongenoegen uiten
Cross Translation:
FromToVia
• complain → foeteren ↔ meckern — sich (oft) gehässig, aber nicht aggressiv beschweren; etwas bekritteln
• complain → blèren; brullen; bulderen; gillen; uitbrullen ↔ clamer — manifester son opinion par des termes violents, par des cris.
• complain → kankeren; mopperen; morren; sputteren ↔ râler — Faire en respirer un bruit rauque causé par l’embarras des bronches. Il se dit particulièrement des agonisants.

External Machine Translations:






Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0553 seconds
Page rendered in 1.0 seconds