Summary
English
Detailed Translations for drink down from English to Dutch
drink down: (*Using Word and Sentence Splitter)
- drink: drinken; alcohol gebruiken; slok; dronk; teug; zuipen; drank; alcohol; sterke drank; gedistilleerd; alcoholica; spiritualiën; opkikkertjes; leegmaken; ledigen; opdrinken; leegdrinken; uitdrinken; borrelen; een borrel drinken; neut nemen; borrel pakken
- down: dons; nesthaar; beneden; af; neer; omlaag; naar beneden; onderuithalen; tekkelen; onderuit; omver; van onderen; kapok
drink down:
Translation Matrix for drink down:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | belt down; bolt down; down; kill; pop; pour down; toss off |