English

Detailed Translations for illustrate from English to Dutch

illustrate:

to illustrate verbe (illustrates, illustrated, illustrating)

  1. to illustrate (elucidate; clarify; exemplify; )
    verklaren; toelichten; ophelderen; verduidelijken; verhelderen; belichten; accentueren; opklaren
    • verklaren verbe (verklaar, verklaart, verklaarde, verklaarden, verklaard)
    • toelichten verbe (licht toe, lichtte toe, lichtten toe, toegelicht)
    • ophelderen verbe (helder op, heldert op, helderde op, helderden op, opgehelderd)
    • verduidelijken verbe (verduidelijk, verduidelijkt, verduidelijkte, verduidelijkten, verduidelijkt)
    • verhelderen verbe (verhelder, verheldert, verhelderde, verhelderden, verhelderd)
    • belichten verbe (belicht, belichtte, belichtten, belicht)
    • accentueren verbe (accentueer, accentueert, accentueerde, accentueerden, geaccentueerd)
    • opklaren verbe (klaar op, klaart op, klaarde op, klaarden op, opgeklaard)
  2. to illustrate
    illustreren
    • illustreren verbe (illustreer, illustreert, illustreerde, illustreerden, geïllustreerd)
  3. to illustrate (show what you mean; demonstrate; expose; make your point)
    demonstreren; aanschouwelijk maken; veraanschouwelijken
    • demonstreren verbe (demonstreer, demonstreert, demonstreerde, demonstreerden, gedemonstreerd)
    • aanschouwelijk maken verbe (maak aanschouwelijk, maakt aanschouwelijk, maakte aanschouwelijk, maakten aanschouwelijk, aanschouwelijk gemaakt)
    • veraanschouwelijken verbe (veraanschouwelijk, veraanschouwelijkt, veraanschouwelijkte, veraanschouwelijkten, veraanschouwelijkt)

Conjugations for illustrate:

present
  1. illustrate
  2. illustrate
  3. illustrates
  4. illustrate
  5. illustrate
  6. illustrate
simple past
  1. illustrated
  2. illustrated
  3. illustrated
  4. illustrated
  5. illustrated
  6. illustrated
present perfect
  1. have illustrated
  2. have illustrated
  3. has illustrated
  4. have illustrated
  5. have illustrated
  6. have illustrated
past continuous
  1. was illustrating
  2. were illustrating
  3. was illustrating
  4. were illustrating
  5. were illustrating
  6. were illustrating
future
  1. shall illustrate
  2. will illustrate
  3. will illustrate
  4. shall illustrate
  5. will illustrate
  6. will illustrate
continuous present
  1. am illustrating
  2. are illustrating
  3. is illustrating
  4. are illustrating
  5. are illustrating
  6. are illustrating
subjunctive
  1. be illustrated
  2. be illustrated
  3. be illustrated
  4. be illustrated
  5. be illustrated
  6. be illustrated
diverse
  1. illustrate!
  2. let's illustrate!
  3. illustrated
  4. illustrating
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Translation Matrix for illustrate:

VerbRelated TranslationsOther Translations
aanschouwelijk maken demonstrate; expose; illustrate; make your point; show what you mean
accentueren clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on emphasise; emphasize; tear; underline; urge on
belichten clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on clarify; enlighten; light out; spotlight; throw light upon
demonstreren demonstrate; expose; illustrate; make your point; show what you mean assert; contend; demonstrate
illustreren illustrate
ophelderen clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on make something accessible; make something clear
opklaren clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on brighten; clarify; clear up; enlighten; make something accessible; make something clear
toelichten clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on clarify; make something accessible; make something clear
veraanschouwelijken demonstrate; expose; illustrate; make your point; show what you mean
verduidelijken clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on clarify; explain; make clear; make explicit
verhelderen clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on
verklaren clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; throw light on do as if; feign; make something accessible; make something clear; pretend; sham
- exemplify; instance
OtherRelated TranslationsOther Translations
- elucidate; make clear; visualise; visualize

Related Words for "illustrate":


Synonyms for "illustrate":


Related Definitions for "illustrate":

  1. clarify by giving an example of1
  2. supply with illustrations1
    • illustrate a book with drawings1
  3. depict with an illustration1

Wiktionary Translations for illustrate:

illustrate
verb
  1. van afbeeldingen voorzien

Cross Translation:
FromToVia
illustrate illustreren; veraanschouwelijken; verluchten illustrerrendre illustre.