Interglot - "recreation" translated from English to Dutch

Summary

English to Dutch: more detail...

recreation:
- vrijetijdsbesteding; recreatie; ontspanning; verstrooiing
Wiktionary:
- recreation → recreatie, ontspanning, recreaasje
- recreation → afleiding, ontspanning, verzet, verstrooiing, schik, vermaak, amusement, gedaanteverwisseling, metamorfose, verandering, verzetting, wijziging, wisseling, keer, omkeer, kentering, verloop, vervorming, transformatie, omvorming, omzetting, hervorming, gedaanteverandering, herschepping, aanpassing, bewerking, modificatie, adaptatie

English

Detailed Translations for recreation from English to Dutch

Noun	Related Translations	Other Translations
ontspanning	recreation
recreatie	recreation
verstrooiing	recreation	amusement; diversion; entertainment; relaxation
vrijetijdsbesteding	recreation
-	diversion; refreshment

activity that refreshes and recreates; activity that renews your health and spirits by enjoyment and relaxation¹
- days of joyous recreation with his friends¹
an activity that diverts or amuses or stimulates¹
- for recreation he wrote poetry and solved crossword puzzles¹
- drug abuse is often regarded as a form of recreation¹

recreation

noun

activity that diverts, amuses or stimulates
- recreation → recreatie; ontspanning; recreaasje

recreation

noun

Activiteiten die de gezondheid of het moraal bevorderen door ontspanning en plezier
- recreatie → recreation

Cross Translation:

From	To	Via
• recreation	→ afleiding; ontspanning; verzet; verstrooiing; schik; vermaak; amusement	↔ détente — diminution progressif de la pression d’un gaz ou d’une vapeur qui augmenter de volume, ou bien de la tension d’un ressort qui revient à son équilibre.
• recreation	→ gedaanteverwisseling; metamorfose	↔ métamorphose — transformation, changement d’une forme en une autre.
• recreation	→ afleiding; ontspanning; verzet; schik; vermaak; amusement	↔ récréation — Occupation, exercice qui fait diversion au travail et qui sert de délassement.
• recreation	→ verandering; verzetting; wijziging; wisseling; keer; omkeer; kentering; verloop; vervorming; transformatie; omvorming; omzetting; hervorming; gedaanteverwisseling; metamorfose; gedaanteverandering; herschepping; aanpassing; bewerking; modificatie; adaptatie	↔ transformation — action de transformer.