Summary
English to Dutch:   more detail...
  1. shout at:


English

Detailed Translations for shout at from English to Dutch

shout at:

shout at verbe

  1. shout at (snarl; snipe; snap; shout down)
    snauwen; afsnauwen; toesnauwen; afblaffen; afbekken
    • snauwen verbe (snauw, snauwt, snauwde, snauwden, gesnauwd)
    • afsnauwen verbe (snauw af, snauwt af, snauwde af, snauwden af, afgesnauwd)
    • toesnauwen verbe (snauw toe, snauwt toe, snauwde toe, snauwden toe, toegesnauwd)
    • afblaffen verbe (blaf af, blaft af, blafte af, blaften af, afgeblaft)
    • afbekken verbe (bek af, bekt af, bekte af, bekten af, afgebekt)

Translation Matrix for shout at:

NounRelated TranslationsOther Translations
afsnauwen falling out with; snapping; snubbing
VerbRelated TranslationsOther Translations
afbekken shout at; shout down; snap; snarl; snipe growl at; snap at; snarl at
afblaffen shout at; shout down; snap; snarl; snipe growl at; snap at; snarl at
afsnauwen shout at; shout down; snap; snarl; snipe burst out to; growl at; snap at; snarl at
snauwen shout at; shout down; snap; snarl; snipe growl; growl at; snap at; snarl; snarl at
toesnauwen shout at; shout down; snap; snarl; snipe bite; growl at; rise to the bait; snap; snap at; snarl at

Related Translations for shout at