Interglot - "memoria" translated from Spanish to Dutch

Summary

Spanish to Dutch: more detail...

memoria:
- herinnering; heugenis; herinneringsvermogen; geheugen; memorie; hobby; bezigheid; memories; tijdelijk geheugen
Wiktionary:
- memoria → aandenken, gedenkteken, geheugen, herinnering, herinneringsteken, herinneringsvermogen, nagedachtenis
- memoria → herinnering, geheugen, herinneren, herinnerd, heugenis, tussentijdse afrekening, nota, staat, gedachtenis, herdenking, latentie

Spanish

Detailed Translations for memoria from Spanish to Dutch

Noun	Related Translations	Other Translations
bezigheid	empleo; faena; función; memoria; misión; obra; ocupación; quehacer; tarea; trabajo; trabajo escrito	actividad; cargo; empleo; obra; trabajo
geheugen	memoria; memorias; recuerdo; retentiva; rápel
herinnering	artículo de recuerdo; memoria; recuerdo; regalo de recuerdo; retentiva; rápel	artículo de recuerdo; aviso; conmemoración; recuerdo; regalo de recuerdo; requerimiento
herinneringsvermogen	memoria; memorias; recuerdo; retentiva; rápel
heugenis	artículo de recuerdo; memoria; recuerdo; regalo de recuerdo; retentiva; rápel
hobby	empleo; faena; función; memoria; misión; obra; ocupación; quehacer; tarea; trabajo; trabajo escrito
memorie	memoria; memorias; recuerdo; retentiva; rápel	artículo de recuerdo; conmemoración; recuerdo; regalo de recuerdo
memories	memoria; memorias; retentiva
Not Specified	Related Translations	Other Translations
tijdelijk geheugen	memoria

memoria

noun

een herinnering
- aandenken → memoria; recuerdo
voorwerp (monument, standbeeld of gedenksteen etc.) ter herinnering aan iets of iemand
- gedenkteken → memoria; monumento
het deel van de hersenen waarin herinneringen worden opgeslagen
- geheugen → memoria
snel toegankelijke plaats om data op te slaan
- geheugen → memoria
het weer in het bewustzijn oproepen van een gebeurtenis van het verleden, het herinneren
- herinnering → memoria; recuerdo
voorwerp ter herinnering aan iets of iemand
- herinneringsteken → memoria; monumento
het vermogen tot herinneren, geheugen
- herinneringsvermogen → memoria
herinnering, vooral aan een overledene
- nagedachtenis → memoria

Cross Translation:

From	To	Via
• memoria	→ herinnering	↔ memory — stored record
• memoria	→ geheugen	↔ memory — ability to recall
• memoria	→ geheugen	↔ memory — RAM or ROM
• memoria	→ herinneren	↔ remembrance — act of remembering
• memoria	→ herinnerd	↔ remembrance — state of being remembered
• memoria	→ herinnering; geheugen; heugenis; tussentijdse afrekening; nota; staat; gedachtenis; herdenking; latentie	↔ mémoire — capacité à retenir, conserver et rappeler de nombreuses informations antérieures.