French
Detailed Translations for s’appuyer sur from French to Dutch
s’appuyer sur: (*Using Word and Sentence Splitter)
- s'appuyer à: leunen
- sur: aan; bij; erbij; erop; te; via; ter; zuur; wrang; zuur smakend; zurig; rins
- sûr: zeker; ongetwijfeld; vast en zeker; geheid; veilig; heus; waarachtig; waarlijk; gewis; welzeker; voorzeker; vast; reëel; feitelijk; stellig; bekend; vertrouwd; absoluut; onvoorwaardelijk; vaststaand; volstrekt; pertinent; ten enenmale; krachtig; beslist; doortastend; mondig; kordaat; ferm; krachtdadig; voor zichzelf opkomend
Wiktionary Translations for s’appuyer sur:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• s’appuyer sur | → baseren | ↔ basieren — auf einer Sache aufbauen, etwas zur Grundlage haben |