Interglot - "être bloqué" translated from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

être bloqué:
- vastlopen; vast komen zitten; stokken; blijven steken; haperen; stagneren; op hetzelfde niveau blijven

French

Detailed Translations for être bloqué from French to Dutch

être bloqué (stagner)
vastlopen; vast komen zitten
- vastlopen verbe (loop vast, loopt vast, liep vast, liepen vast, vastgelopen)
- vast komen zitten verbe
être bloqué (hésiter; tomber à plat)
stokken; blijven steken; vastlopen; haperen
- stokken verbe (stok, stokt, stokte, stokten, gestokt)
- blijven steken verbe (blijf steken, blijft steken, bleef steken, bleven steken, steken gebleven)
- vastlopen verbe (loop vast, loopt vast, liep vast, liepen vast, vastgelopen)
- haperen verbe (haper, hapert, haperde, haperden, gehaperd)
être bloqué (stagner; rester court; piétiner; ramer; être au point mort)
stagneren; op hetzelfde niveau blijven
- stagneren verbe (stagneer, stagneert, stagneerde, stagneerden, gestagneerd)
- op hetzelfde niveau blijven verbe

Noun	Related Translations	Other Translations
blijven steken		empêchement; hésitation
haperen		empêchement; hésitation
stokken		cannes; crosses; sticks
vastlopen		encombrement; interruption; obstruction; ralentissement; usure; usure en marchant
Verb	Related Translations	Other Translations
blijven steken	hésiter; tomber à plat; être bloqué
haperen	hésiter; tomber à plat; être bloqué	balbutier; bredouiller; bégayer
op hetzelfde niveau blijven	piétiner; ramer; rester court; stagner; être au point mort; être bloqué
stagneren	piétiner; ramer; rester court; stagner; être au point mort; être bloqué
stokken	hésiter; tomber à plat; être bloqué
vast komen zitten	stagner; être bloqué
vastlopen	hésiter; stagner; tomber à plat; être bloqué	se bloquer; subir un choc; être dans une impasse