Interglot - "aller ensemble" translated from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

aller ensemble:
- passen; bijpassen; samenhoren; bijeen horen; samengaan; een fusie aangaan; fuseren

French

Detailed Translations for aller ensemble from French to Dutch

aller ensemble (convenir; bien aller)
passen; bijpassen
- passen verbe (pas, past, paste, pasten, gepast)
- bijpassen verbe (pas bij, past bij, paste bij, pasten bij, bijgepast)
aller ensemble (aller de pair)
samenhoren; bijeen horen
- samenhoren verbe
- bijeen horen verbe (hoor bijeen, hoort bijeen, hoorde bijeen, hoorden bijeen, bijeen gehoord)
aller ensemble (fusionner; joindre; correspondre à; confluer; aller de pair; réunir; convenir à; concorder; s'accorder à)
samengaan; een fusie aangaan; fuseren
- samengaan verbe (ga samen, gaat samen, ging samen, gingen samen, samengegaan)
- een fusie aangaan verbe
- fuseren verbe (fuseer, fuseert, fuseerde, fuseerden, gefuseerd)

Noun	Related Translations	Other Translations
passen		démarches; fait d'essayer; marches; pas
Verb	Related Translations	Other Translations
bijeen horen	aller de pair; aller ensemble
bijpassen	aller ensemble; bien aller; convenir
een fusie aangaan	aller de pair; aller ensemble; concorder; confluer; convenir à; correspondre à; fusionner; joindre; réunir; s'accorder à
fuseren	aller de pair; aller ensemble; concorder; confluer; convenir à; correspondre à; fusionner; joindre; réunir; s'accorder à	confluer; fondre; fusionner; joindre; réunir; s'intégrer; s'unir; se fondre; se souder
passen	aller ensemble; bien aller; convenir	arriver à propos; compter de l'argent; convenir; essayer; essayer la taille; tomber à propos; être apte à; être bon; être convenable
samengaan	aller de pair; aller ensemble; concorder; confluer; convenir à; correspondre à; fusionner; joindre; réunir; s'accorder à
samenhoren	aller de pair; aller ensemble

External Machine Translations: