Interglot - "ardeur" translated from French to Dutch

Remove Ads

Summary

French to Dutch: more detail...

ardeur:
- toewijding; devotie; overgave; inzet; toegewijdheid; trouw; zorgzaamheid; genegenheid; ijver; warmte; gloed; hitte; elan; pit; vuur; vlam; lust; genot; drift; genoegen; wellust; momentum; esprit; energie; daadkracht; werklust; kracht; puf; aandrift; fut; interesse; belangstelling; geboeidheid; animo; zin; fascinatie; passie; hartstocht; vurigheid; hartstochtelijkheid; enthousiasme; bezieling; bevlogenheid; geestdrift; gedrevenheid; intensiteit; hevigheid; heftigheid; felheid; nijverheid; ijverigheid; werkzaamheid; vlijt; noestigheid; naarstigheid; vlijtigheid; doortastendheid; turbulentie; onstuimigheid; woeligheid; temperament; uitgelatenheid; uitbundigheid; onrustigheid
- aandrang; drang; ambitie; eerzucht
Wiktionary:
- ardeur → gloed, vuur

French

Detailed Translations for ardeur from French to Dutch

ardeur:

ardeur [la ~] nom

l'ardeur (dévouement; consécration; assiduité; application; sollicitude; fougue; passion; caractère passionné; ambition; attachement)
de toewijding; de devotie; de overgave; de inzet; toegewijdheid; de trouw; de zorgzaamheid; de genegenheid; de ijver
- toewijding [de ~ (v)] nom
- devotie [de ~ (v)] nom
- overgave [de ~] nom
- inzet [de ~ (m)] nom
- toegewijdheid [znw.] nom
- trouw [de ~ (m)] nom
- zorgzaamheid [de ~ (v)] nom
- genegenheid [de ~ (v)] nom
- ijver [de ~ (m)] nom
l'ardeur (chaleur; fougue; feu)
de warmte; de gloed; de hitte
- warmte [de ~ (v)] nom
- gloed [de ~ (m)] nom
- hitte [de ~ (v)] nom
l'ardeur (ferveur; fougue)
het elan; de pit; het vuur; de gloed; de vlam
- elan [het ~] nom
- pit [de ~] nom
- vuur [het ~] nom
- gloed [de ~ (m)] nom
- vlam [de ~] nom
l'ardeur (désir; pulsion sexuelle; volupté; passion; envie)
de lust; het genot; de drift; het genoegen; de wellust
- lust [de ~ (m)] nom
- genot [het ~] nom
- drift [de ~] nom
- genoegen [het ~] nom
- wellust [de ~ (m)] nom
l'ardeur (énergie; âme; force; caractère; poussée; propulsion; vitalité; ressort; dynamisme)
momentum; de esprit; de energie; de daadkracht; de werklust; de kracht; de puf; de aandrift; de fut
- momentum [znw.] nom
- esprit [de ~ (m)] nom
- energie [de ~ (v)] nom
- daadkracht [de ~] nom
- werklust [de ~ (m)] nom
- kracht [de ~] nom
- puf [de ~] nom
- aandrift [de ~] nom
- fut [de ~] nom
l'ardeur (fort intérêt; envie; plaisir; fascination; attention; ferveur; passion; goût; élan; énergie; entrain)
de interesse; de belangstelling; de geboeidheid; de animo; de zin; de fascinatie
- interesse [de ~ (v)] nom
- belangstelling [de ~ (v)] nom
- geboeidheid [de ~ (v)] nom
- animo [de ~ (m)] nom
- zin [de ~ (m)] nom
- fascinatie [de ~ (v)] nom
l'ardeur (passion; fougue; zèle; verve; élan; ferveur; embrasement)
de passie; de hartstocht; de drift; het vuur
- passie [de ~ (v)] nom
- hartstocht [de ~ (m)] nom
- drift [de ~] nom
- vuur [het ~] nom
l'ardeur (passion; fougue; pulsion sexuelle; feu; ferveur)
de passie; de hartstocht; de overgave; de vurigheid; hartstochtelijkheid; het vuur; de gloed
- passie [de ~ (v)] nom
- hartstocht [de ~ (m)] nom
- overgave [de ~] nom
- vurigheid [de ~ (v)] nom
- hartstochtelijkheid [znw.] nom
- vuur [het ~] nom
- gloed [de ~ (m)] nom
l'ardeur (enthousiasme; inspiration; exaltation; feu; élan; expérience; passion; animation; aventure; événement)
het enthousiasme; de bezieling; de bevlogenheid; de geestdrift
- enthousiasme [het ~] nom
- bezieling [de ~ (v)] nom
- bevlogenheid [de ~ (v)] nom
- geestdrift [de ~] nom
l'ardeur (enthousiasme; enchantement; extase; élan; passion; exaltation; grande joie)
het enthousiasme; de gedrevenheid
- enthousiasme [het ~] nom
- gedrevenheid [de ~ (v)] nom
l'ardeur (intensité; force; fougue; passion; feu; véhémence; violence; verve)
de intensiteit; de hevigheid; de kracht; de heftigheid; de felheid
- intensiteit [de ~ (v)] nom
- hevigheid [de ~ (v)] nom
- kracht [de ~] nom
- heftigheid [de ~ (v)] nom
- felheid [de ~ (v)] nom
l'ardeur (véhémence; verve)
de gedrevenheid; de felheid
- gedrevenheid [de ~ (v)] nom
- felheid [de ~ (v)] nom
l'ardeur (zèle; diligence; assiduité; industrie; application; élan; ferveur)
de nijverheid; ijverigheid; de werklust; de werkzaamheid; de ijver; de vlijt; noestigheid; naarstigheid; vlijtigheid
- nijverheid [de ~ (v)] nom
- ijverigheid [znw.] nom
- werklust [de ~ (m)] nom
- werkzaamheid [de ~ (v)] nom
- ijver [de ~ (m)] nom
- vlijt [de ~] nom
- noestigheid [znw.] nom
- naarstigheid [znw.] nom
- vlijtigheid [znw.] nom
l'ardeur (fermeté énergique; dynamisme; force; ressort; résolution; énergie; vitalité; action immédiate)
de doortastendheid
- doortastendheid [de ~ (v)] nom
l'ardeur (impétuosité; fougue)
de turbulentie; de onstuimigheid; de woeligheid
- turbulentie [de ~ (v)] nom
- onstuimigheid [de ~ (v)] nom
- woeligheid [de ~ (v)] nom
l'ardeur (ferveur; tempérament; fougue)
het temperament; de vurigheid
- temperament [het ~] nom
- vurigheid [de ~ (v)] nom
l'ardeur (exubérance; exaltation; enchantement; enthousiasme; extase; élan; liesse; grande joie)
het enthousiasme; de uitgelatenheid; de uitbundigheid
- enthousiasme [het ~] nom
- uitgelatenheid [de ~ (v)] nom
- uitbundigheid [de ~ (v)] nom
l'ardeur (agitation; chaleur; excitation)
onrustigheid
- onrustigheid [znw.] nom

ardeur [le ~] nom

l'ardeur (instances; poussée; aspiration; application; efforts; recherche; zèle)
de aandrang; de drang
- aandrang [de ~ (m)] nom
- drang [de ~ (m)] nom
l'ardeur (ambition; aspiration; recherche; application; zèle; dévouement; efforts; poussée)
de ambitie; de eerzucht
- ambitie [de ~ (v)] nom
- eerzucht [de ~] nom

Translation Matrix for ardeur:

Noun	Related Translations	Other Translations
aandrang	application; ardeur; aspiration; efforts; instances; poussée; recherche; zèle	impulsion; urgence
aandrift	ardeur; caractère; dynamisme; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie	impulsion; instinct; nez; odorat; pulsion; tendance; urgence
ambitie	ambition; application; ardeur; aspiration; dévouement; efforts; poussée; recherche; zèle	ambition; aspiration; but; ce que l'on vise; intention
animo	ardeur; attention; entrain; envie; fascination; ferveur; fort intérêt; goût; passion; plaisir; élan; énergie
belangstelling	ardeur; attention; entrain; envie; fascination; ferveur; fort intérêt; goût; passion; plaisir; élan; énergie	attention; intérêt
bevlogenheid	animation; ardeur; aventure; enthousiasme; exaltation; expérience; feu; inspiration; passion; élan; événement
bezieling	animation; ardeur; aventure; enthousiasme; exaltation; expérience; feu; inspiration; passion; élan; événement
daadkracht	ardeur; caractère; dynamisme; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie
devotie	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude
doortastendheid	action immédiate; ardeur; dynamisme; fermeté énergique; force; ressort; résolution; vitalité; énergie
drang	application; ardeur; aspiration; efforts; instances; poussée; recherche; zèle	impulsion; urgence
drift	ardeur; désir; embrasement; envie; ferveur; fougue; passion; pulsion sexuelle; verve; volupté; zèle; élan	courant; courant maritime; désir charnel; entraînement; flux; impulsion; instinct; meute; mouvement; passion; plaisir; pulsion; pulsion sexuelle; tendance; troupe; troupeau; urgence
eerzucht	ambition; application; ardeur; aspiration; dévouement; efforts; poussée; recherche; zèle
elan	ardeur; ferveur; fougue
energie	ardeur; caractère; dynamisme; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie	dynamique; force; intensité; mentalité; solidité; vigueur; énergie
enthousiasme	animation; ardeur; aventure; enchantement; enthousiasme; exaltation; expérience; extase; exubérance; feu; grande joie; inspiration; liesse; passion; élan; événement
esprit	ardeur; caractère; dynamisme; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie
fascinatie	ardeur; attention; entrain; envie; fascination; ferveur; fort intérêt; goût; passion; plaisir; élan; énergie	appas; attirance; attraction; attrait; charme; enchantement; ensorcellement; envoûtement; fascination; pouvoir de séduction; pouvoir magique
felheid	ardeur; feu; force; fougue; intensité; passion; verve; violence; véhémence	dynamique; force; intensité; solidité; vigueur; énergie
fut	ardeur; caractère; dynamisme; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie
geboeidheid	ardeur; attention; entrain; envie; fascination; ferveur; fort intérêt; goût; passion; plaisir; élan; énergie
gedrevenheid	ardeur; enchantement; enthousiasme; exaltation; extase; grande joie; passion; verve; véhémence; élan
geestdrift	animation; ardeur; aventure; enthousiasme; exaltation; expérience; feu; inspiration; passion; élan; événement
genegenheid	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude	affection; amour; inclinaison; inclination; tendresse
genoegen	ardeur; désir; envie; passion; pulsion sexuelle; volupté	bien être; contentement; joie; passion; plaisir; pulsion sexuelle; satisfaction
genot	ardeur; désir; envie; passion; pulsion sexuelle; volupté	délectation; joie; jouissance; passion; plaisir; pulsion sexuelle
gloed	ardeur; chaleur; ferveur; feu; fougue; passion; pulsion sexuelle	lueur; lustre; reflets; rougeoiement; éclat; éclat extérieur
hartstocht	ardeur; embrasement; ferveur; feu; fougue; passion; pulsion sexuelle; verve; zèle; élan
hartstochtelijkheid	ardeur; ferveur; feu; fougue; passion; pulsion sexuelle
heftigheid	ardeur; feu; force; fougue; intensité; passion; verve; violence; véhémence	colère; emportement; violence; véhémence
hevigheid	ardeur; feu; force; fougue; intensité; passion; verve; violence; véhémence
hitte	ardeur; chaleur; feu; fougue
ijver	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; diligence; dévouement; ferveur; fougue; industrie; passion; sollicitude; zèle; élan
ijverigheid	application; ardeur; assiduité; diligence; ferveur; industrie; zèle; élan
intensiteit	ardeur; feu; force; fougue; intensité; passion; verve; violence; véhémence	saturation
interesse	ardeur; attention; entrain; envie; fascination; ferveur; fort intérêt; goût; passion; plaisir; élan; énergie	attention; intérêt
inzet	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude	amorce; application; but; cible; commencement; consécration; dessein; destination; début; décollage; démarrage; départ; dévouement; effort; emploi; enjeu; intention; mise; mise à prix; objectif; origine; ouverture; tentative; usage; utilisation
kracht	ardeur; caractère; dynamisme; feu; force; fougue; intensité; passion; poussée; propulsion; ressort; verve; violence; vitalité; véhémence; âme; énergie	capacité; côté fort; dynamique; force; intensité; pouvoir; pouvoirs; puissance; solidité; vigueur; énergie
lust	ardeur; désir; envie; passion; pulsion sexuelle; volupté	appétit; avidité; convoitise; désir; désir charnel; désir violent; envie; excitation; faim; joie; lubricité; passion; plaisir; pulsion sexuelle; souhait
momentum	ardeur; caractère; dynamisme; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie
naarstigheid	application; ardeur; assiduité; diligence; ferveur; industrie; zèle; élan
nijverheid	application; ardeur; assiduité; diligence; ferveur; industrie; zèle; élan
noestigheid	application; ardeur; assiduité; diligence; ferveur; industrie; zèle; élan
onrustigheid	agitation; ardeur; chaleur; excitation
onstuimigheid	ardeur; fougue; impétuosité
overgave	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; ferveur; feu; fougue; passion; pulsion sexuelle; sollicitude	capitulation; soumission
passie	ardeur; embrasement; ferveur; feu; fougue; passion; pulsion sexuelle; verve; zèle; élan
pit	ardeur; ferveur; fougue	graine; mèche; mèche de flambeau; mèches; noyau; noyau de fruits; pépin
puf	ardeur; caractère; dynamisme; force; poussée; propulsion; ressort; vitalité; âme; énergie
temperament	ardeur; ferveur; fougue; tempérament	disposition; esprit; humeur; tempérament; état d'âme
toegewijdheid	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude
toewijding	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude
trouw	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude	droiture; fidélité; franchise; honnêteté; intégrité; loyauté
turbulentie	ardeur; fougue; impétuosité	turbulence; vrille
uitbundigheid	ardeur; enchantement; enthousiasme; exaltation; extase; exubérance; grande joie; liesse; élan
uitgelatenheid	ardeur; enchantement; enthousiasme; exaltation; extase; exubérance; grande joie; liesse; élan	enjouement; entrain; gaieté; humeur joyeuse; joie; jovialité
vlam	ardeur; ferveur; fougue
vlijt	application; ardeur; assiduité; diligence; ferveur; industrie; zèle; élan
vlijtigheid	application; ardeur; assiduité; diligence; ferveur; industrie; zèle; élan
vurigheid	ardeur; ferveur; feu; fougue; passion; pulsion sexuelle; tempérament
vuur	ardeur; embrasement; ferveur; feu; fougue; passion; pulsion sexuelle; verve; zèle; élan	feu; feu de bois; incendie
warmte	ardeur; chaleur; feu; fougue
wellust	ardeur; désir; envie; passion; pulsion sexuelle; volupté	sensualité; volupté; érotique; érotisme
werklust	application; ardeur; assiduité; caractère; diligence; dynamisme; ferveur; force; industrie; poussée; propulsion; ressort; vitalité; zèle; âme; élan; énergie
werkzaamheid	application; ardeur; assiduité; diligence; ferveur; industrie; zèle; élan	activité; affairement; boulot; capacité de travail; emploi; fonction; job; labeur; productivité; travail; vitalité; zèle; énergie
woeligheid	ardeur; fougue; impétuosité
zin	ardeur; attention; entrain; envie; fascination; ferveur; fort intérêt; goût; passion; plaisir; élan; énergie	appétit; avantage; coût; désir; excitation; expression; faim; importance; locution verbale; lubricité; petit creux; phrase; prix; sens; utilité; valeur
zorgzaamheid	ambition; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; consécration; dévouement; fougue; passion; sollicitude
Adjective	Related Translations	Other Translations
trouw		assidu; dévoué; fidèle; fidèlement; loyal
Not Specified	Related Translations	Other Translations
kracht		puissance

Synonyms for "ardeur":

acharnement; entêtement; obstination; ténacité; persévérance; insistance; zèle; fureur; rage; cruauté; activité; allant; entrain; empressement; animation; occupation; emploi; exercice; fonction; place; agressivité; combativité; pugnacité; brutalité; provocation; malveillance; amour; penchant; sentiment; affection; béguin; passion; ferveur; flamme; adoration; tendresse; vie; affairement; passage; excitation; fièvre; fougue; vivacité; exaltation; chaleur; enthousiasme; vitalité; emportement; emballement; violence; courage; avidité; rapacité; voracité; soif; appétit; âpreté; envie; désir; concupiscence; coeur; attachement; générosité; centre; élan; impétuosité; frénésie; transport; presse; promptitude; hâte; attention; impatience; soin; énergie; résolution; détermination; volonté; dynamisme; poigne; audace; hardiesse; vigueur; constance; puissance; brio; enchantement; communion; dévotion; effusion; feu; flammes; flambée; flammèche; étincelle; combustion; incendie; sinistre; embrasement; tison; brasier; fournaise; flamboiement; éblouissement; éclat; agitation; furie; déchaînement; folie; débordement; bouillonnement; déferlement; véhémence; tourbillon; joie; allégresse; jubilation; exultation; ravissement; délice; ivresse; fierté; plaisir; liesse; juvénilité; gaieté; jeunesse; pétulance; exubérance; ressort; force; valeur; déclic; pénétration; intensité; foi; dévouement; application

Wiktionary Translations for ardeur:

ardeur

noun

chaleur vif, extrême.
- ardeur → gloed; vuur

External Machine Translations:

Related Translations for ardeur

Remove Ads

Translate ardeur from French to Dutch

Detailed Translations for ardeur from French to Dutch

ardeur:

ardeur [la ~] nom

l'ardeur (dévouement; consécration; assiduité; application; sollicitude; fougue; passion; caractère passionné; ambition; attachement)

l'ardeur (chaleur; fougue; feu)

l'ardeur (ferveur; fougue)

l'ardeur (désir; pulsion sexuelle; volupté; passion; envie)

l'ardeur (énergie; âme; force; caractère; poussée; propulsion; vitalité; ressort; dynamisme)

l'ardeur (fort intérêt; envie; plaisir; fascination; attention; ferveur; passion; goût; élan; énergie; entrain)

l'ardeur (passion; fougue; zèle; verve; élan; ferveur; embrasement)

l'ardeur (passion; fougue; pulsion sexuelle; feu; ferveur)

l'ardeur (enthousiasme; inspiration; exaltation; feu; élan; expérience; passion; animation; aventure; événement)

l'ardeur (enthousiasme; enchantement; extase; élan; passion; exaltation; grande joie)

l'ardeur (intensité; force; fougue; passion; feu; véhémence; violence; verve)

l'ardeur (véhémence; verve)

l'ardeur (zèle; diligence; assiduité; industrie; application; élan; ferveur)

l'ardeur (fermeté énergique; dynamisme; force; ressort; résolution; énergie; vitalité; action immédiate)

l'ardeur (impétuosité; fougue)

l'ardeur (ferveur; tempérament; fougue)

l'ardeur (exubérance; exaltation; enchantement; enthousiasme; extase; élan; liesse; grande joie)

l'ardeur (agitation; chaleur; excitation)

ardeur [le ~] nom

l'ardeur (instances; poussée; aspiration; application; efforts; recherche; zèle)

l'ardeur (ambition; aspiration; recherche; application; zèle; dévouement; efforts; poussée)

Translation Matrix for ardeur:

Synonyms for "ardeur":

Wiktionary Translations for ardeur:

Related Translations for ardeur