Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Translate carrefour

Translate carrefour from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

carrefour:
- kruispunt; kruising; punt waar lijnen elkaar kruisen; verkeersknooppunt; knooppunt; splitsing; wegsplitsing; wegkruising; kruising van straten; viersprong; driesprong; straathoek; tweesprongen
Wiktionary:
- carrefour → kruispunt, kruising
- carrefour → kruising, kruispunt

French

Detailed Translations for carrefour from French to Dutch

carrefour:

carrefour [le ~] nom

le carrefour (croisement; croisée; intersection)
het kruispunt; de kruising; punt waar lijnen elkaar kruisen
- kruispunt [het ~] nom
- kruising [de ~ (v)] nom
- punt waar lijnen elkaar kruisen [znw.] nom
le carrefour (noeud routier; croisement; noeud; embranchement)
het verkeersknooppunt; het kruispunt; het knooppunt
- verkeersknooppunt [het ~] nom
- kruispunt [het ~] nom
- knooppunt [het ~] nom
le carrefour (point d'intersection; jonction)
de kruising; de splitsing; het kruispunt; de wegsplitsing; de wegkruising; kruising van straten
- kruising [de ~ (v)] nom
- splitsing [de ~ (v)] nom
- kruispunt [het ~] nom
- wegsplitsing [de ~ (v)] nom
- wegkruising [de ~ (v)] nom
- kruising van straten [znw.] nom
le carrefour
de kruising
- kruising [de ~ (v)] nom
le carrefour
de viersprong
- viersprong [de ~ (m)] nom
le carrefour (trifurcation; croisée; fourche; embranchement; bifurcation; ramification; point d'intersection)
de splitsing; de wegsplitsing; de driesprong
- splitsing [de ~ (v)] nom
- wegsplitsing [de ~ (v)] nom
- driesprong [de ~ (m)] nom
le carrefour (coin de rue; coin)
de straathoek
- straathoek [de ~ (m)] nom
le carrefour (bifurcation)
de tweesprongen
- tweesprongen [de ~] nom, pluriel

Translation Matrix for carrefour:

Noun	Related Translations	Other Translations
driesprong	bifurcation; carrefour; croisée; embranchement; fourche; point d'intersection; ramification; trifurcation
knooppunt	carrefour; croisement; embranchement; noeud; noeud routier	noeud; nœud
kruising	carrefour; croisement; croisée; intersection; jonction; point d'intersection
kruising van straten	carrefour; jonction; point d'intersection
kruispunt	carrefour; croisement; croisée; embranchement; intersection; jonction; noeud; noeud routier; point d'intersection
punt waar lijnen elkaar kruisen	carrefour; croisement; croisée; intersection
splitsing	bifurcation; carrefour; croisée; embranchement; fourche; jonction; point d'intersection; ramification; trifurcation	bifurcation; embranchement; fourche; point d'intersection; ramification
straathoek	carrefour; coin; coin de rue
tweesprongen	bifurcation; carrefour
verkeersknooppunt	carrefour; croisement; embranchement; noeud; noeud routier
viersprong	carrefour
wegkruising	carrefour; jonction; point d'intersection
wegsplitsing	bifurcation; carrefour; croisée; embranchement; fourche; jonction; point d'intersection; ramification; trifurcation	bifurcation; branchement; embranchement; fourche; fourchette

Synonyms for "carrefour":

bifurcation; embranchement; fourche; croisement; coin; angle; lieu; métissage; rond-point; noeud; bretelle; intersection; coupure; croisée; emboutir; échangeur; étoile; place; Afrique

Wiktionary Translations for carrefour:

carrefour

noun

Endroit où, dans les villes et à la campagne, se croisent plusieurs rues, routes, chemins.
- carrefour → kruispunt

carrefour

noun

een punt
- kruising → carrefour
een plaats waar twee of meer wegen elkaar kruisen
- kruispunt → carrefour

Cross Translation:

From	To	Via
• carrefour	→ kruising	↔ crossing — intersection where roads, lines, or tracks cross
• carrefour	→ kruispunt; kruising	↔ crossroads — intersection
• carrefour	→ kruispunt; kruising	↔ intersection — junction of two or more paths, etc