Summary
Dutch
Detailed Translations for dooien from Dutch to German
dooien:
-
dooien (ophouden te vriezen)
Conjugations for dooien:
o.t.t.
- dooit
- dooien
o.v.t.
- dooide
- dooiden
v.t.t.
- heeft gedooid
- hebben gedooid
v.v.t.
- had gedooid
- hadden gedooid
o.t.t.t.
- zal dooien
- zullen dooien
o.v.t.t.
- zou dooien
- zouden dooien
diversen
- gedooid
- dooiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for dooien:
Verb | Related Translations | Other Translations |
abtauen | dooien; ophouden te vriezen | door hitte vloeibaar worden; minder stijf worden; smelten |
auftauen | dooien; ophouden te vriezen | doen smelten; door hitte vloeibaar worden; minder stijf worden; smelten; wegsmelten |
tauen | dooien; ophouden te vriezen | doen smelten; door hitte vloeibaar worden; minder stijf worden; smelten; wegsmelten |
Related Words for "dooien":
Wiktionary Translations for dooien:
dooien
Cross Translation:
verb
-
het stijgen van de buitentemperatuur boven het vriespunt waardoor alle ijs en sneeuw begint te smelten
- dooien → tauen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• dooien | → tauen | ↔ thaw — to melt, dissolve, or become fluid |
• dooien | → tauen; auftauen; schmelzen | ↔ dégeler — Faire qu’une chose qui geler cesser de l’être. |
dooien form of dooi:
Translation Matrix for dooi:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Tauwetter | detente; dooi; dooiweer |