Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. zich verplaatsen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zich verplaatsen from Dutch to German

zich verplaatsen:

zich verplaatsen verbe

  1. zich verplaatsen (bewegen)
    bewegen; wegbegeben
    • bewegen verbe (bewege, bewegst, bewegt, bewegte, bewegtet, bewegt)
    • wegbegeben verbe

Translation Matrix for zich verplaatsen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bewegen bewegen; zich verplaatsen aangaan; agiteren; beroeren; betreffen; bewegen; iemand raken; iemand treffen; in beroering brengen; in beweging brengen; manoeuvreren; marcheren; mixen; omroeren; ontroeren; oppoken; opstoken; raken; roeren; treffen; verschuiven; zich bewegen
wegbegeben bewegen; zich verplaatsen

Wiktionary Translations for zich verplaatsen:


Cross Translation:
FromToVia
zich verplaatsen bewegen move — to change place or posture; to go

Related Translations for zich verplaatsen