Dutch

Detailed Translations for leek from Dutch to German

leek:

leek [de ~ (m)] nom

  1. de leek (oningewijde)
    der Laie

Translation Matrix for leek:

NounRelated TranslationsOther Translations
Laie leek; oningewijde ondeskundige

Related Words for "leek":

  • leken

Wiktionary Translations for leek:

leek
noun
  1. iemand die niet deskundig is op een bepaald gebied
  2. iemand die niet tot den geestelijken stand behoort, de gewone gelovige
leek
noun
  1. Psychoanalyse: ein Nicht-Mediziner, Nicht-Psychiater, der das von Freud begründete Therapieverfahren ausübt
  2. Kirche, Religion: jemand, der nicht Geistlicher ist
  3. Recht, Rechtspflege: eine nicht rechtskundige Person, die in einem Gerichtsverfahren als Entscheidungsorgan auftritt
  4. allgemein, unscharf: jemand, der auf einem bestimmten Gebiet keine Fachkenntnisse oder keine abgeschlossene Fachausbildung hat

Cross Translation:
FromToVia
leek Laie layman — someone who is not an ordained cleric
leek Laie layman — someone who is not a professional in a given field

leek form of lijken:

lijken verbe (lijk, lijkt, leek, leken, geleken)

  1. lijken (schijnen; eruit zien; toeschijnen)
    scheinen; beleuchten; ähneln; den Anschein haben; belichten
    • scheinen verbe (scheine, scheinst, scheint, schien, schient, geschienen)
    • beleuchten verbe (beleuchte, beleuchtest, beleuchtet, beleuchtete, beleuchtetet, beleuchtet)
    • ähneln verbe (ähnele, ähnelst, ähnelt, ähnelte, ähneltet, geähnelt)
    • den Anschein haben verbe (habe den Anschein, hast den Anschein, hat den Anschein, hatte den Anschein, hattet den Anschein, den Anschein gehabt)
    • belichten verbe (belichte, belichtest, belichtet, belichtete, belichtetet, belichtet)

Conjugations for lijken:

o.t.t.
  1. lijk
  2. lijkt
  3. lijkt
  4. lijken
  5. lijken
  6. lijken
o.v.t.
  1. leek
  2. leek
  3. leek
  4. leken
  5. leken
  6. leken
v.t.t.
  1. heb geleken
  2. hebt geleken
  3. heeft geleken
  4. hebben geleken
  5. hebben geleken
  6. hebben geleken
v.v.t.
  1. had geleken
  2. had geleken
  3. had geleken
  4. hadden geleken
  5. hadden geleken
  6. hadden geleken
o.t.t.t.
  1. zal lijken
  2. zult lijken
  3. zal lijken
  4. zullen lijken
  5. zullen lijken
  6. zullen lijken
o.v.t.t.
  1. zou lijken
  2. zou lijken
  3. zou lijken
  4. zouden lijken
  5. zouden lijken
  6. zouden lijken
diversen
  1. lijk!
  2. lijkt!
  3. geleken
  4. lijkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

lijken [de ~] nom, pluriel

  1. de lijken
    die Leichen

Translation Matrix for lijken:

NounRelated TranslationsOther Translations
Leichen lijken
VerbRelated TranslationsOther Translations
beleuchten eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen belichten; beschijnen; licht laten vallen op; met licht beschijnen; verlichten
belichten eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen belichten; beschijnen; licht laten vallen op; met licht beschijnen; verlichten
den Anschein haben eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen
scheinen eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen belichten; blaken; de schijn van iets hebben; dunken; er uitzien; excelleren; flikkeren; fonkelen; glanzen; glimmen; glinsteren; licht geven; licht laten vallen op; licht schijnen; licht uitzenden; ogen; onderscheiden; overtreffen; schijnen; schitteren; sprankelen; stralen; twinkelen; uitblinken; uitblinken boven; uitmunten; uitsteken
ähneln eruit zien; lijken; schijnen; toeschijnen gelijken; gelijkenis vertonen met; lijken op
- schijnen

Related Words for "lijken":


Synonyms for "lijken":


Antonyms for "lijken":


Related Definitions for "lijken":

  1. er overeenkomst mee vertonen1
    • Jaap lijkt sprekend op zijn vader1
  2. het ziet er zo uit, maar hoeft niet zo te zijn1
    • hij lijkt wel gek1

Wiktionary Translations for lijken:

lijken
verb
  1. uitzien als
  2. naar aanschijn zijn
  3. lijken op iets

Cross Translation:
FromToVia
lijken aussehen; erscheinen appear — To seem; to have a certain semblance; to look
lijken aussehen; scheinen look — to appear, to seem
lijken ähneln; gleichen resemble — to be like or similar to something else
lijken scheinen; dünken seem — to appear
lijken scheinen; aussehen; erscheinen; zum Vorschein kommen; sich zeigen; auftauchen; zutage treten; an den Tag kommen; ans Licht kommen; als … dastehen paraîtreexposer à la vue, se faire ou se laisser voir, se manifester.
lijken ähneln; ähnlich; gleichen ressembler — Avoir du rapport, de la conformité avec quelqu’un, avec quelque chose. (Sens général).
lijken scheinen sembler — avoir l’air, l’apparence