Interglot - "beschaamdheid" translated from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

Dutch

Detailed Translations for beschaamdheid from Dutch to German

de beschaamdheid (schaamte; schaamtegevoel)
Schamgefühl; die Scham
- Schamgefühl [das ~] nom
- Scham [die ~] nom

Noun	Related Translations	Other Translations
Scham	beschaamdheid; schaamte; schaamtegevoel	gegeneerdheid; gêne; schroom; verlegenheid
Schamgefühl	beschaamdheid; schaamte; schaamtegevoel

Modifier	Related Translations	Other Translations
beschämt	beschaamd	pijnlijk getroffen
enttäuscht	beschaamd
verschämt	beschaamd	bedeesd; beschroomd; bleu; schroomvallig; schuchter; timide; verlegen

Cross Translation:

From	To	Via
• beschaamd	→ verlegen; beschämt	↔ abashed — embarrassed
• beschaamd	→ beschämt	↔ ashamed — feeling shame or guilt