Dutch

Detailed Translations for beslistheid from Dutch to German

beslistheid:

beslistheid [de ~ (v)] nom

  1. de beslistheid (vastberadenheid; standvastigheid)
    die Entschlossenheit; die Bestimmtheit
  2. de beslistheid (vastberadenheid; pertinentie; stelligheid)
    die Entschlossenheit; die Bestimmtheit; die Entschiedenheit; die Sicherheit

Translation Matrix for beslistheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
Bestimmtheit beslistheid; pertinentie; standvastigheid; stelligheid; vastberadenheid bepaaldheid; gedecideerdheid; hechtheid; onverbrekelijkheid; soliditeit; stelligheid; stevigheid; vastberadenheid; vastbeslotenheid; vastheid; zekerheid; zelfvertrouwen; zelfverzekerdheid
Entschiedenheit beslistheid; pertinentie; stelligheid; vastberadenheid gedecideerdheid; stelligheid; vastberadenheid; vastbeslotenheid; zekerheid; zelfvertrouwen; zelfverzekerdheid
Entschlossenheit beslistheid; pertinentie; standvastigheid; stelligheid; vastberadenheid gedecideerdheid; stelligheid; vastberadenheid; vastbeslotenheid; zekerheid; zelfvertrouwen; zelfverzekerdheid
Sicherheit beslistheid; pertinentie; stelligheid; vastberadenheid bescherming; beschutting; beveiliging; borg; cautie; feilloosheid; garantie; gedecideerdheid; gewisheid; hechtheid; onderpand; onomstotelijkheid; onverbrekelijkheid; onwankelbaarheid; onwrikbaarheid; pand; protectie; securiteit; soliditeit; stelligheid; stevigheid; vastbeslotenheid; vastheid; vastigheid; veiligheid; waarborg; waarborging; waarborgsom; zekerheid
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
Sicherheit Veiligheid

Related Words for "beslistheid":


beslist:

beslist adj

  1. beslist (gedecideerd; vastberaden; besluitvaardig; kordaat; resoluut)
  2. beslist (stellig; zeker; absoluut; ronduit)
  3. beslist (kordaat; krachtig; doortastend; ferm; krachtdadig)
  4. beslist (vast en zeker; zeker; ongetwijfeld; geheid)
  5. beslist (waarlijk; echt; zeker; )
  6. beslist (waarlijk; vast en zeker; zeker; )
  7. beslist (ongetwijfeld; zeker; vast en zeker; )
  8. beslist (heel zeker)

Translation Matrix for beslist:

VerbRelated TranslationsOther Translations
energisch doortasten
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
- absoluut; volkomen; volstrekt
AdverbRelated TranslationsOther Translations
- ongetwijfeld
OtherRelated TranslationsOther Translations
energisch flink
ModifierRelated TranslationsOther Translations
eindeutig absoluut; beslist; ronduit; stellig; zeker aanschouwelijk; begrijpelijk; duidelijk; eenduidig; flagrant; helder; herkenbaar; ondubbelzinnig; onmiskenbaar; onweerlegbaar; op heterdaad; overduidelijk; vast en zeker; verstaanbaar; zo klaar als een klontje; zonneklaar
einwandfrei absoluut; beslist; ronduit; stellig; zeker brandschoon; correct; foutloos; gaaf; goed; juist; keurig; loepzuiver; onaangetast; onberispelijk; onbesproken; onbevlekt; onschuldig; onweerlegbaar; perfect; perfekt; precies; puntgaaf; rein; smetteloos; vast en zeker; vlekkeloos; volmaakt
endgültig absoluut; beslist; ronduit; stellig; zeker blijvend; definitief; definitieve; onherstelbaar; onverandelijk; onweerlegbaar; permanent; reddeloos; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand; voorgoed
energisch beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden daadkrachtig; doortastend; drastisch; dynamisch; energiek; ferm; geanimeerd; geducht; in hoge mate; kordaat; krachtdadig; krachtig; levendig; standvastig; sterk; vief; vol fut; voortvarend
entschieden absoluut; beslist; besluitvaardig; doortastend; ferm; gedecideerd; kordaat; krachtdadig; krachtig; resoluut; ronduit; stellig; vastberaden; zeker bepaald; dapper; doortastend; drastisch; een zekere; eenduidig; ferm; gedetermineerd; heldhaftig; heroïsch; kloek; krachtdadig; krachtig; moedig; ondubbelzinnig; onverschrokken; onweerlegbaar; sterk; stout; stoutmoedig; vast en zeker; vastbesloten
entschlossen absoluut; beslist; besluitvaardig; doortastend; ferm; gedecideerd; kordaat; krachtdadig; krachtig; resoluut; ronduit; stellig; vastberaden; zeker dapper; doortastend; drastisch; ferm; heldhaftig; heroïsch; kloek; kordaat; krachtdadig; krachtig; moedig; onverschrokken; standvastig; sterk; stout; stoutmoedig; vastbesloten
entschlußfähig beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden ferm; kordaat; standvastig
forsch beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden doortastend; drastisch; energiek; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; geanimeerd; krachtdadig; krachtig; levendig; massief; niet hol; potig; robuust; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; vief; vol fut
gerade heraus absoluut; beslist; ronduit; stellig; zeker
gewiß absoluut; beslist; echt; geheid; gewis; heus; ongetwijfeld; reëel; ronduit; stellig; vast en zeker; voorzeker; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; zeker bepaald; een zekere
resolut beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden
rundheraus absoluut; beslist; ronduit; stellig; zeker botweg; contemplatief; gewoonweg; gladaf; klinkklaar; met open vizier; onbewimpeld; onomwonden; onverbloemd; onverholen; openhartig; openlijk; platweg; puur; regelrecht; rondborstig; ronduit; ruiterlijk
sehr sicher beslist; heel zeker
selbstsicher beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden assertief; zelfbewust; zelfverzekerd
sicher absoluut; beslist; besluitvaardig; echt; feitelijk; gedecideerd; geheid; gewis; heel zeker; heus; kordaat; ongetwijfeld; resoluut; reëel; ronduit; stellig; vast; vast en zeker; vastberaden; voorzeker; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; zeker accuraat; assertief; bepaald; duidelijk; een zekere; ferm; fiks; flagrant; flink; herkenbaar; jazeker; nauwgezet; nauwkeurig; nauwlettend; net; onfeilbaar; onmiskenbaar; onwankelbaar; onwrikbaar; op heterdaad; overduidelijk; pal; precies; secuur; standvastig; stevig; stipt; vastbesloten; vasthoudend; veilig; volhardend; waarlijk; zeker; zelfbewust; zelfverzekerd; zo klaar als een klontje; zonneklaar; zorgvuldig
sicherlich absoluut; beslist; ronduit; stellig; zeker
unbedingt beslist; feitelijk; geheid; gewis; heus; ongetwijfeld; reëel; stellig; vast; vast en zeker; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker absoluut; onvoorwaardelijk; per se; pertinent; ten enenmale; vast en zeker; vaststaand; volstrekt; zeker
ungezweifelt beslist; geheid; ongetwijfeld; vast en zeker; zeker
wahrlich beslist; echt; geheid; gewis; heus; reëel; stellig; vast en zeker; voorzeker; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; zeker zowaar
wirklich beslist; echt; geheid; gewis; heus; reëel; stellig; vast en zeker; voorzeker; waarachtig; waarlijk; wel degelijk; welzeker; zeker daadwerkelijk; echt; echte; effectief; eigenlijk; feitelijk; heus; in feite; in werkelijkheid; metterdaad; reëel; waar; waarachtig; warempel; werkelijk; werkelijke; zowaar
ziemlich sicher beslist; heel zeker
zweifellos beslist; geheid; gewis; heus; ongetwijfeld; vast en zeker; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker

Related Words for "beslist":


Synonyms for "beslist":


Antonyms for "beslist":


Related Definitions for "beslist":

  1. zonder beperkingen, helemaal1
    • het is beslist waar1
  2. zeker dat het juist is1
    • hij gaf een beslist antwoord1

Wiktionary Translations for beslist:


Cross Translation:
FromToVia
beslist sicherlich; freilich; gewiss; zweifellos certainly — without doubt, surely
beslist sicher; natürlich certainly — emphatic affirmative answer
beslist entschlussfreudig decisive — marked by promptness and decision