Summary
Dutch to German: more detail...
- bijhouden:
-
Wiktionary:
- bijhouden → festhalten
- bijhouden → folgen, halten, aufhalten, verhalten
Dutch
Detailed Translations for bijhouden from Dutch to German
bijhouden:
-
bijhouden (bijbenen; bijblijven)
mithalten; mitkommen; Schritt halten-
Schritt halten verbe (halte Schritt, hälst Schritt, hält Schritt, hielt Schritt, hieltet Schritt, Schritt gehalten)
-
bijhouden
nachverfolgen-
nachverfolgen verbe
-
-
bijhouden
Conjugations for bijhouden:
o.t.t.
- houd bij
- houdt bij
- houdt bij
- houden bij
- houden bij
- houden bij
o.v.t.
- hield bij
- hield bij
- hield bij
- hielden bij
- hielden bij
- hielden bij
v.t.t.
- heb bijgehouden
- hebt bijgehouden
- heeft bijgehouden
- hebben bijgehouden
- hebben bijgehouden
- hebben bijgehouden
v.v.t.
- had bijgehouden
- had bijgehouden
- had bijgehouden
- hadden bijgehouden
- hadden bijgehouden
- hadden bijgehouden
o.t.t.t.
- zal bijhouden
- zult bijhouden
- zal bijhouden
- zullen bijhouden
- zullen bijhouden
- zullen bijhouden
o.v.t.t.
- zou bijhouden
- zou bijhouden
- zou bijhouden
- zouden bijhouden
- zouden bijhouden
- zouden bijhouden
diversen
- houd bij!
- houdt bij!
- bijgehouden
- bijhoudend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
bijhouden (bijbenen)
Translation Matrix for bijhouden:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Mithalten | bijbenen; bijhouden | |
Mitkommen | bijbenen; bijhouden | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
Schritt halten | bijbenen; bijblijven; bijhouden | |
mithalten | bijbenen; bijblijven; bijhouden | |
mitkommen | bijbenen; bijblijven; bijhouden | |
nachverfolgen | bijhouden | |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
Nachverfolgung | bijhouden | Opvolgingsactiviteit; Opvolgingsmarkering |