Noun | Related Translations | Other Translations |
Anfang
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
aanhef; aanvang; aanvangstijd; begin; beginne; begintijd; hoofd; inzet; opening; start; starttijd; titel; vertrektijd
|
Ankunft
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
aankomst; aankomsten; binnenkomst; komst; rentree; retour; terugkeer; terugreis; thuiskomst
|
Antreten
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
aanvaarden; aanvaarding; acceptatie; accepteren; innerlijke aanvaarding; vasttreden
|
Antritt
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
aanvaarden; aanvaarding; innerlijke aanvaarding
|
Diele
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
geluidsniveau; volume
|
Eindringen
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
binnendringen; binnengaan; indringing; penetratie
|
Eingang
|
entree; hal; ingang; inlaat; portaal; toegang; vestibule; voorportaal
|
Postvak IN; map Postvak IN
|
Eingangshalle
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
entreehal; hal; narthex; veilinghal; veilinglokaal; veilingslokaal; veilingzaal; voorhal; voorhuis
|
Einkommen
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
arbeidsinkomen; arbeidsloon; beloning; bezoldiging; gage; honorarium; inkomen; inkomen uit onderneming; inkomst; inkomsten; loon; ontvangsten; revenu; salaris; salariëring; soldij; traktement; verdienste; verdiensten; vergoeding; wedde
|
Einnahme
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
bemachtiging; inbezitname; inbezitneming; ingekomen bedrag; inkomsten; inkorting; inname; inneming
|
Eintreffen
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
aankomst; aankomsten; binnenkomst; komst
|
Eintreten
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
binnengaan; feit; gebeurtenis; incident; inschoppen; intrappen; voorval
|
Eintritt
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
|
Eintrittpreis
|
entree; entreeprijs; toegangsprijs
|
|
Eintrittsgeld
|
entree; entreeprijs; toegangsprijs
|
|
Eintrittspreis
|
entree; entreeprijs; toegangsprijs
|
|
Einzug
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
inspringing; interlinie; regelafstand
|
Einzüge
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
|
Entree
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
|
Flur
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
corridor; doorgang; gang; overloop; passage
|
Halle
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
entreehal; grote kamer; hal; kamer; narthex; ontvangstruimte; receptiekamer; ruimte in een gebouw; salon; veilinghal; veilinglokaal; veilingslokaal; veilingzaal; vertrek; vertrekken; voorhal; voorhuis; zaal
|
Kommen
|
binnenkomst; entree; intocht; intrede
|
aankomst; komst; overkomst
|
Portal
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
entreehal; hal; voorhuis
|
Tür
|
entree; ingang; inlaat; toegang
|
deur
|
Vestibül
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
|
Vorhalle
|
entree; hal; portaal; vestibule; voorportaal
|
veilinghal; veilinglokaal; veilingslokaal; veilingzaal; voorhuis
|
Zugang
|
entree; entreeprijs; ingang; inlaat; toegang; toegangsprijs
|
ontvangst; toegangen; toename; toename voorraad
|
Zutritt
|
entree; entreeprijs; toegangsprijs
|
toetreding
|