Summary


Dutch

Detailed Translations for erop vooruit gaan from Dutch to German

erop vooruit gaan:

erop vooruit gaan verbe

  1. erop vooruit gaan (vorderen; vooruitkomen)
    hinaufführen; verbesseren; aufarbeiten; aufbringen; herauftragen; hinaufbringen
    • hinaufführen verbe (führe hinauf, führst hinauf, führt hinauf, führte hinauf, führtet hinauf, hinaufgeführt)
    • verbesseren verbe
    • aufarbeiten verbe (aufarbeite, aufarbeitest, aufarbeitet, aufarbeitete, aufarbeitetet, aufgearbeitet)
    • aufbringen verbe (bringe auf, bringst auf, bringt auf, bracht auf, brachtet auf, aufgebracht)
    • herauftragen verbe (trage herauf, trägst herauf, trägt herauf, trug herauf, trugt herauf, heraufgetragen)
    • hinaufbringen verbe (bringe hinauf, bringst hinauf, bringt hinauf, brachte hinauf, brachtet hinauf, hinaufgebracht)

Translation Matrix for erop vooruit gaan:

VerbRelated TranslationsOther Translations
aufarbeiten erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen bijspijkeren; consumeren; gebruiken; goedmaken; inhalen; jezelf opwerken; opwerken; uit een minder gunstige positie vooruitkomen; verbruiken; vooruitkomen
aufbringen erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen heffen; hijsen; kraken; losbreken; omhoog heffen; openbreken; openrukken; opheffen
herauftragen erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen naarbovendragen; omhoogbrengen; omhoogleiden; rechtop zetten
hinaufbringen erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen heffen; lichten; naar boven brengen; naar boven leiden; naar boven voeren; omhoog brengen; omhoogbrengen; omhoogheffen; omhoogleiden; opheffen; optillen; rechtop zetten; tillen
hinaufführen erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen naar boven brengen; naar boven leiden; naar boven voeren; omhoogbrengen; omhoogleiden; omhoogtrekken; omhoogvoeren; rechtop zetten
verbesseren erop vooruit gaan; vooruitkomen; vorderen

Related Translations for erop vooruit gaan