Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate geur

Translate geur from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

geur:
- Geruch; Geschmack; Aroma; Atem; Geschmackszusatz
Wiktionary:
- geur → Geruch
- geur → wohlriechend, würzig, duftend, Geruch, Duft, Aroma

Dutch

Detailed Translations for geur from Dutch to German

geur:

geur [de ~ (m)] nom

de geur (bouquet; aroma; reuk; geurtje; lucht)

– wat je ruikt ¹
Geruch; Geschmack; Aroma; Atem
- Geruch [das ~] nom
- Geschmack [das ~] nom
- Aroma [das ~] nom
- Atem [das ~] nom
de geur (aroma)

– wat je ruikt ¹
Aroma; der Geschmackszusatz
- Aroma [das ~] nom
- Geschmackszusatz [der ~] nom

Translation Matrix for geur:

Noun	Related Translations	Other Translations
Aroma	aroma; bouquet; geur; geurtje; lucht; reuk	aroma; geurstof; kruiden; kruiderij; marinade; smaakversterker; toebereiding
Atem	aroma; bouquet; geur; geurtje; lucht; reuk
Geruch	aroma; bouquet; geur; geurtje; lucht; reuk	kwade reuk; neus; neus anatomie; stank
Geschmack	aroma; bouquet; geur; geurtje; lucht; reuk	smaak; smaakje; smaakwaarneming
Geschmackszusatz	aroma; geur	smaakversterker
-	lucht

Related Words for "geur":

geurtje

Synonyms for "geur":

lucht

Related Definitions for "geur":

wat je ruikt¹
- dat is de geur van mijn parfum¹

Wiktionary Translations for geur:

geur

noun

durch das Geruchsorgan wahrgenommene Ausdünstung
- Geruch → geur

Cross Translation:

From	To	Via
• geur	→ wohlriechend; würzig; duftend	↔ fragrant — sweet-smelling
• geur	→ Geruch; Duft	↔ scent — distinctive odour or smell
• geur	→ Geruch	↔ smell — sensation
• geur	→ Aroma; Duft	↔ arôme — principe odorant des fleurs et en général des substances végétales.
• geur	→ Geruch	↔ odeur — sensation que produire sur l’odorat les émanations des corps.

Related Translations for geur

¹Muiswerk Woordenboek