Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate gonzend

Translate gonzend from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

gonzend:
- geräuschvoll; summend
gonzen:
- summen
Wiktionary:
- gonzen → surren, schnurren, summen

Dutch

Detailed Translations for gonzend from Dutch to German

gonzend:

gonzend adj

gonzend (zoemend)
geräuschvoll; summend
- geräuschvoll adj
- summend adj

Translation Matrix for gonzend:

Modifier	Related Translations	Other Translations
geräuschvoll	gonzend; zoemend	bezet; druk; drukbezet; hard; hardop; luid; luid klinkend; luidkeels; uit volle borst
summend	gonzend; zoemend

gonzend form of gonzen:

gonzen verbe (gons, gonst, gonsde, gonsden, gegonsd)

gonzen (zoemen)
summen
- summen verbe (summe, summst, summt, summte, summtet, gesummt)

Conjugations for gonzen:

o.t.t.

gons
gonst
gonst
gonzen
gonzen
gonzen

o.v.t.

gonsde
gonsde
gonsde
gonsden
gonsden
gonsden

v.t.t.

heb gegonsd
hebt gegonsd
heeft gegonsd
hebben gegonsd
hebben gegonsd
hebben gegonsd

v.v.t.

had gegonsd
had gegonsd
had gegonsd
hadden gegonsd
hadden gegonsd
hadden gegonsd

o.t.t.t.

zal gonzen
zult gonzen
zal gonzen
zullen gonzen
zullen gonzen
zullen gonzen

o.v.t.t.

zou gonzen
zou gonzen
zou gonzen
zouden gonzen
zouden gonzen
zouden gonzen

diversen

gons!
gonst!
gegonsd
gonzend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for gonzen:

Verb	Related Translations	Other Translations
summen	gonzen; zoemen	brommen; knorren; knorrend geluid maken; neuriën; zachtjes zingen; zoemen

Wiktionary Translations for gonzen:

Cross Translation:

From	To	Via
• gonzen	→ surren	↔ whirr — To move or vibrate (something) with a buzzing sound
• gonzen	→ schnurren; summen	↔ ronronner — faire entendre les ronrons, émettre un ronflement sourd et continu, en parlant d'un chat ou d'un félin, qui exprime en général son contentement.