Dutch
Detailed Translations for inboeken from Dutch to German
inboeken:
-
inboeken
eintragen; einschreiben; buchen-
einschreiben verbe (schreibe ein, schreibst ein, schreibt ein, schrieb ein, schriebt ein, eingeschrieben)
Conjugations for inboeken:
o.t.t.
- boek in
- boekt in
- boekt in
- boeken in
- boeken in
- boeken in
o.v.t.
- boekte in
- boekte in
- boekte in
- boekten in
- boekten in
- boekten in
v.t.t.
- heb ingeboekt
- hebt ingeboekt
- heeft ingeboekt
- hebben ingeboekt
- hebben ingeboekt
- hebben ingeboekt
v.v.t.
- had ingeboekt
- had ingeboekt
- had ingeboekt
- hadden ingeboekt
- hadden ingeboekt
- hadden ingeboekt
o.t.t.t.
- zal inboeken
- zult inboeken
- zal inboeken
- zullen inboeken
- zullen inboeken
- zullen inboeken
o.v.t.t.
- zou inboeken
- zou inboeken
- zou inboeken
- zouden inboeken
- zouden inboeken
- zouden inboeken
en verder
- is ingeboekt
diversen
- boek in!
- boekt in!
- ingeboekt
- inboekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for inboeken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
buchen | inboeken | boeken; noteren; opschrijven; optekenen; registreren; vastleggen |
einschreiben | inboeken | aanmelden; aanmonsteren; boeken; indexeren; inschrijven; intekenen; kadastreren; noteren; opgeven; opschrijven; optekenen; registreren; subscriberen; van indexnummers voorzien; vastleggen |
eintragen | inboeken | aanmelden; aantekenen; boeken; indexeren; inschrijven; intekenen; kadastreren; noteren; op schrift stellen; opbrengen; opgeven; opleveren; opschrijven; optekenen; registreren; subscriberen; van indexnummers voorzien; vastleggen |
Not Specified | Related Translations | Other Translations |
buchen | boeken |