Dutch
Detailed Translations for kromtrekken from Dutch to German
kromtrekken:
-
kromtrekken (krombuigen)
sichverziehen-
sichverziehen verbe
-
Conjugations for kromtrekken:
o.t.t.
- trek krom
- trekt krom
- trekt krom
- trekken krom
- trekken krom
- trekken krom
o.v.t.
- trok krom
- trok krom
- trok krom
- trokken krom
- trokken krom
- trokken krom
v.t.t.
- heb kromgetrokken
- hebt kromgetrokken
- heeft kromgetrokken
- hebben kromgetrokken
- hebben kromgetrokken
- hebben kromgetrokken
v.v.t.
- had kromgetrokken
- had kromgetrokken
- had kromgetrokken
- hadden kromgetrokken
- hadden kromgetrokken
- hadden kromgetrokken
o.t.t.t.
- zal kromtrekken
- zult kromtrekken
- zal kromtrekken
- zullen kromtrekken
- zullen kromtrekken
- zullen kromtrekken
o.v.t.t.
- zou kromtrekken
- zou kromtrekken
- zou kromtrekken
- zouden kromtrekken
- zouden kromtrekken
- zouden kromtrekken
en verder
- ben kromgetrokken
- bent kromgetrokken
- is kromgetrokken
- zijn kromgetrokken
- zijn kromgetrokken
- zijn kromgetrokken
diversen
- trek krom!
- trekt krom!
- kromgetrokken
- kromtrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for kromtrekken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
sichverziehen | krombuigen; kromtrekken |
Wiktionary Translations for kromtrekken:
kromtrekken
verb
-
vervorming van hout, planken enz. onder invloed van vochtigheid en/of temperatuursveranderingen
- kromtrekken → werfen