Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. tegenkomen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for tegenkomen from Dutch to German

tegenkomen:

tegenkomen verbe (kom tegen, komt tegen, kwam tegen, kwamen tegen, tegengekomen)

  1. tegenkomen (aantreffen; vinden)
    finden; antreffen; begegnen; auffinden; vorfinden
    • finden verbe (finde, findest, findet, fand, fandet, gefunden)
    • antreffen verbe (treffe an, triffst an, trifft an, traf an, traft an, angetroffen)
    • begegnen verbe (begegne, begegnest, begegnet, begegnete, begegnetet, begegnet)
    • auffinden verbe (finde auf, findest auf, findet auf, fand auf, fandet auf, aufgefunden)
    • vorfinden verbe (finde vor, findest vor, findet vor, fand vor, fandet vor, vorgefunden)
  2. tegenkomen (ontmoeten; treffen)
    begegnen; entgegen
    • begegnen verbe (begegne, begegnest, begegnet, begegnete, begegnetet, begegnet)
    • entgegen verbe

Conjugations for tegenkomen:

o.t.t.
  1. kom tegen
  2. komt tegen
  3. komt tegen
  4. komen tegen
  5. komen tegen
  6. komen tegen
o.v.t.
  1. kwam tegen
  2. kwam tegen
  3. kwam tegen
  4. kwamen tegen
  5. kwamen tegen
  6. kwamen tegen
v.t.t.
  1. ben tegengekomen
  2. bent tegengekomen
  3. is tegengekomen
  4. zijn tegengekomen
  5. zijn tegengekomen
  6. zijn tegengekomen
v.v.t.
  1. was tegengekomen
  2. was tegengekomen
  3. was tegengekomen
  4. waren tegengekomen
  5. waren tegengekomen
  6. waren tegengekomen
o.t.t.t.
  1. zal tegenkomen
  2. zult tegenkomen
  3. zal tegenkomen
  4. zullen tegenkomen
  5. zullen tegenkomen
  6. zullen tegenkomen
o.v.t.t.
  1. zou tegenkomen
  2. zou tegenkomen
  3. zou tegenkomen
  4. zouden tegenkomen
  5. zouden tegenkomen
  6. zouden tegenkomen
diversen
  1. kom tegen!
  2. komt tegen!
  3. tegengekomen
  4. tegenkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for tegenkomen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
antreffen aantreffen; tegenkomen; vinden
auffinden aantreffen; tegenkomen; vinden ontdekken; vinden
begegnen aantreffen; ontmoeten; tegenkomen; treffen; vinden bejegenen; bijeen komen; concessies doen; kennis maken met; naderen; ontmoeten; samenkomen; tegemoetkomen; tegen het lijf lopen; toenaderen; welwillendheid tonen
entgegen ontmoeten; tegenkomen; treffen
finden aantreffen; tegenkomen; vinden lokaliseren; menen; ontdekken; opsporen; traceren; van mening zijn; vinden
vorfinden aantreffen; tegenkomen; vinden
ModifierRelated TranslationsOther Translations
entgegen contra; tegemoet; tegen; versus

Wiktionary Translations for tegenkomen:

tegenkomen
verb
  1. bij toeval ontmoeten

Cross Translation:
FromToVia
tegenkomen antreffen; begegnen rencontrertrouver en chemin une personne ou une chose.