Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. timmerend in elkaar zetten:


Dutch

Detailed Translations for timmerend in elkaar zetten from Dutch to German

timmerend in elkaar zetten:

timmerend in elkaar zetten verbe

  1. timmerend in elkaar zetten (in elkaar timmeren; ineentimmeren)
    zusammenschlagen
    • zusammenschlagen verbe (schlage zusammen, schlägt zusammen, schlug zusammen, schlugt zusammen, zusammengeschlagen)

Translation Matrix for timmerend in elkaar zetten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
zusammenschlagen in elkaar timmeren; ineentimmeren; timmerend in elkaar zetten 'n aframmeling geven; aframmelen; afranselen; afrossen; aftuigen; in elkaar rammen; in elkaar timmeren; ineenslaan; tegen elkaar slaan; toetakelen

External Machine Translations:

Related Translations for timmerend in elkaar zetten