Dutch
Detailed Translations for tussenlassen from Dutch to German
tussenlassen:
-
tussenlassen
einschalten; einlegen-
einschalten verbe (schalte ein, schaltest ein, schaltet ein, schaltete ein, schaltetet ein, eingeschaltet)
-
Conjugations for tussenlassen:
o.t.t.
- las tussen
- last tussen
- last tussen
- lassen tussen
- lassen tussen
- lassen tussen
o.v.t.
- laste tussen
- laste tussen
- laste tussen
- lasten tussen
- lasten tussen
- lasten tussen
v.t.t.
- heb tussengelast
- hebt tussengelast
- heeft tussengelast
- hebben tussengelast
- hebben tussengelast
- hebben tussengelast
v.v.t.
- had tussengelast
- had tussengelast
- had tussengelast
- hadden tussengelast
- hadden tussengelast
- hadden tussengelast
o.t.t.t.
- zal tussenlassen
- zult tussenlassen
- zal tussenlassen
- zullen tussenlassen
- zullen tussenlassen
- zullen tussenlassen
o.v.t.t.
- zou tussenlassen
- zou tussenlassen
- zou tussenlassen
- zouden tussenlassen
- zouden tussenlassen
- zouden tussenlassen
en verder
- ben tussengelast
- bent tussengelast
- is tussengelast
- zijn tussengelast
- zijn tussengelast
- zijn tussengelast
diversen
- las tussen!
- last tussen!
- tussengelast
- tussenlassend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for tussenlassen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
einlegen | tussenlassen | conserveren; in blik conserveren; inblikken; inleggen; inmaken; inpassen; inpekelen; invoegen; inzouten; koppelen; marineren; mobiliseren; opzouten; passen in; toebereiden; tussenleggen; zouten |
einschalten | tussenlassen | aandoen; aandraaien; aanmaken; aanzetten; beginnen met werk; beginnen te werken; in werking stellen; inbrengen; inpassen; inschakelen; invoegen; opstarten; overgaan op nieuwe rijbaan; passen in; starten |