Dutch
Detailed Translations for voorrang hebben from Dutch to German
voorrang hebben:
-
voorrang hebben
Conjugations for voorrang hebben:
o.t.t.
- heb voorrang
- hebt voorrang
- hebt voorrang
- hebben voorrang
- hebben voorrang
- hebben voorrang
o.v.t.
- had voorrang
- had voorrang
- had voorrang
- hadden voorrang
- hadden voorrang
- hadden voorrang
v.t.t.
- heb voorrang gehad
- hebt voorrang gehad
- heeft voorrang gehad
- hebben voorrang gehad
- hebben voorrang gehad
- hebben voorrang gehad
v.v.t.
- had voorrang gehad
- had voorrang gehad
- had voorrang gehad
- hadden voorrang gehad
- hadden voorrang gehad
- hadden voorrang gehad
o.t.t.t.
- zal voorrang hebben
- zult voorrang hebben
- zal voorrang hebben
- zullen voorrang hebben
- zullen voorrang hebben
- zullen voorrang hebben
o.v.t.t.
- zou voorrang hebben
- zou voorrang hebben
- zou voorrang hebben
- zouden voorrang hebben
- zouden voorrang hebben
- zouden voorrang hebben
diversen
- heb voorrang!
- hebt voorrang!
- voorrang gehad
- voorrang hebbend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for voorrang hebben:
Verb | Related Translations | Other Translations |
vorgehen | voorrang hebben | handelen; leven; manipuleren; opereren; optreden; procederen; te werk gaan; werken |