Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. uitschot:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for uitschot from Dutch to English

uitschot:

uitschot [het ~] nom

  1. het uitschot (schorriemorrie; tuig; gespuis; geboefte; gebroed)
    the scum; the riff-raff; the vermin; the ragtag; the rabble

Translation Matrix for uitschot:

NounRelated TranslationsOther Translations
rabble geboefte; gebroed; gespuis; schorriemorrie; tuig; uitschot canaille; gajes; gebroed; gepeupel; gespuis; grauw; plebs; rapaille
ragtag geboefte; gebroed; gespuis; schorriemorrie; tuig; uitschot canaille; gajes; gepeupel; grauw; plebs; rapaille
riff-raff geboefte; gebroed; gespuis; schorriemorrie; tuig; uitschot gepeupel; geteisem; grauw; plebs; rapaille; uitvaagsel
scum geboefte; gebroed; gespuis; schorriemorrie; tuig; uitschot canaille; gajes; gebroed; gepeupel; gespuis; geteisem; grauw; plebs; rapaille; uitvaagsel
vermin geboefte; gebroed; gespuis; schorriemorrie; tuig; uitschot geteisem; ongedierte; uitvaagsel

Wiktionary Translations for uitschot:


Cross Translation:
FromToVia
uitschot waste Ausschussnur Singular: produzierte Ware, die nicht dem Qualitätsstandard entspricht und daher aus der Produktion entnommen wird
uitschot exit wound Ausschuss — die Stellen, an der ein Geschoss einen Körper, den es durchdrang, wieder verlassen hat