Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. vervliegen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vervlogen from Dutch to English

vervliegen:

vervliegen verbe (vervlieg, vervliegt, vervloog, vervlogen, vervlogen)

  1. vervliegen (verdampen; tot damp worden)
    to condense
    • condense verbe (condenses, condensed, condensing)

Conjugations for vervliegen:

o.t.t.
  1. vervlieg
  2. vervliegt
  3. vervliegt
  4. vervliegen
  5. vervliegen
  6. vervliegen
o.v.t.
  1. vervloog
  2. vervloog
  3. vervloog
  4. vervlogen
  5. vervlogen
  6. vervlogen
v.t.t.
  1. ben vervlogen
  2. bent vervlogen
  3. is vervlogen
  4. zijn vervlogen
  5. zijn vervlogen
  6. zijn vervlogen
v.v.t.
  1. was vervlogen
  2. was vervlogen
  3. was vervlogen
  4. waren vervlogen
  5. waren vervlogen
  6. waren vervlogen
o.t.t.t.
  1. zal vervliegen
  2. zult vervliegen
  3. zal vervliegen
  4. zullen vervliegen
  5. zullen vervliegen
  6. zullen vervliegen
o.v.t.t.
  1. zou vervliegen
  2. zou vervliegen
  3. zou vervliegen
  4. zouden vervliegen
  5. zouden vervliegen
  6. zouden vervliegen
diversen
  1. vervlieg!
  2. vervliegt!
  3. vervlogen
  4. vervliegend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for vervliegen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
condense tot damp worden; verdampen; vervliegen condenseren; dikker worden; door koken dikker maken; door koken dikker worden; door koken verdikken; geconcentreerder worden; inbinden; indikken; inkoken; kort samenvatten; recapituleren; samenvatten; stollen; verdikken

Wiktionary Translations for vervliegen:

vervliegen
verb
  1. to disappear quickly


Wiktionary Translations for vervlogen:

vervlogen
adjective
  1. in the far past

Cross Translation:
FromToVia
vervlogen past; last passé — Qui est périmé.