Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. zich:
  2. tot zich nemen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zich from Dutch to English

zich:


Translation Matrix for zich:

OtherRelated TranslationsOther Translations
herself zich; zichzelf
himself zich; zichzelf
oneself zich; zichzelf

Related Definitions for "zich":

  1. wederkerend1
    • hij wast zich1

Wiktionary Translations for zich:

zich
verb
  1. present itself
  2. to interfere in affairs
  3. act submissively
  4. bow deeply
  5. kneel such that forehead touches ground
  6. clothe
  7. survive; to do well enough
  8. to make a mistake in one’s lines
  9. be delighted
  10. be an epitome
  11. establish financial position
  12. put on clothes
  13. chemistry: to undergo dissociation
  14. to part, stop associating
  15. to make unrelated
  16. join conversation
  17. to settle
  18. to perform one’s part
  19. to clear one’s self
  20. retreat from one's objective
  21. misspeak; say something embarrassing or wrong
  22. ask a question
  23. move back, move away
  24. make a firm decision
  25. to turn away
en-pron
  1. (reflexive) male person as the previously mentioned object

Cross Translation:
FromToVia
zich himself; herself; itself; oneself sichReflexivpronomen der dritten Person Singular
zich themselves sichReflexivpronomen der dritten Person Plural
zich himself; herself; itself; oneself; themselves sepronom personnel de la troisième personne des deux genres et des deux nombres, utilisé comme complément d’objet d’un verbe transitif direct ou indirect.
zich usurp usurper — S’emparer, par violence ou par ruse, d’un bien, d’une souveraineté, d’une dignité, etc.

tot zich nemen:

tot zich nemen verbe (neem mij tot zich, neemt je tot zich, neemt zich tot zich, zich, je, zich tot zich genomen)

  1. tot zich nemen (verorberen; consumeren; vreten; )
    to dispatch; to consume
    • dispatch verbe (dispatches, dispatched, dispatching)
    • consume verbe (consumes, consumed, consuming)
  2. tot zich nemen (nuttigen; eten; consumeren; )
    to eat; to munch; to have dinner; to consume; grab a bite; to nibble; to dine; to have something to eat; to have a meal; to nybble
    • eat verbe (eats, ate, eating)
    • munch verbe (munches, munched, munching)
    • have dinner verbe (has dinner, had dinner, having dinner)
    • consume verbe (consumes, consumed, consuming)
    • grab a bite verbe
    • nibble verbe, américain (nibbles, nibbled, nibbling)
    • dine verbe (dines, dined, dining)
    • have something to eat verbe (has something to eat, had something to eat, having something to eat)
    • have a meal verbe (has a meal, had a meal, having a meal)
    • nybble verbe, britannique

Conjugations for tot zich nemen:

o.t.t.
  1. neem mij tot zich
  2. neemt je tot zich
  3. neemt zich tot zich
  4. nemen ons tot zich
  5. nemen ons tot zich
  6. nemen ons tot zich
o.v.t.
  1. me
  2. je
  3. zich
  4. ons
  5. je
  6. zich
v.t.t.
  1. ben mij tot zich genomen
  2. bent je tot zich genomen
  3. is zich tot zich genomen
  4. zijn ons tot zich genomen
  5. zijn je tot zich genomen
  6. zijn zich tot zich genomen
v.v.t.
  1. was mij tot zich genomen
  2. was je tot zich genomen
  3. was zich tot zich genomen
  4. waren ons tot zich genomen
  5. waren je tot zich genomen
  6. waren zich tot zich genomen
o.t.t.t.
  1. zal mij zich nemen
  2. zult je zich nemen
  3. zal zich zich nemen
  4. zullen ons zich nemen
  5. zullen je zich nemen
  6. zullen zich zich nemen
o.v.t.t.
  1. zou mij zich nemen
  2. zou je zich nemen
  3. zou zich zich nemen
  4. zouden ons zich nemen
  5. zouden je zich nemen
  6. zouden zich zich nemen
diversen
  1. neem je tot zich!
  2. neemt u tot zich!
  3. tot zich genomen
  4. tot zich nemend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for tot zich nemen:

NounRelated TranslationsOther Translations
consume verbruiken
dispatch aflevering; leverantie; levering; missie; roeping; uitlevering; zending; zending met speciale opdracht
VerbRelated TranslationsOther Translations
consume bikken; bunkeren; consumeren; eten; gebruiken; naar binnen werken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; schransen; schrokken; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen; vreten; zitten proppen consumeren; doorjagen; drugs consumeren; gebruiken; laven; lenigen; lessen; opeten; opgebruiken; opkrijgen; opmaken; opvreten; tegoed doen; uitgeven voor een maaltijd; verbruiken; verorberen; verslinden; verteren; vreten
dine consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen dineren; schaften; souperen; tafelen; uitgebreid eten
dispatch bikken; bunkeren; consumeren; eten; naar binnen werken; nuttigen; opeten; schransen; schrokken; tegoed doen; tot zich nemen; verorberen; vreten; zitten proppen verzenden
eat consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen eten; laven; leegeten; lenigen; lessen; opeten; opvreten; schaften; souperen; tegoed doen; vreten
grab a bite consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen
have a meal consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen laven; lenigen; lessen; tegoed doen
have dinner consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen laven; lenigen; lessen; tegoed doen
have something to eat consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen laven; lenigen; lessen; tegoed doen
munch consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen kluiven; knagen; knauwen; snoepen; spijzen
nibble consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen kluiven; knabbelen; knagen; knauwen; oppeuzelen; opvreten; peuzelen; snoepen; spijzen; verslinden; verzwelgen
nybble consumeren; eten; gebruiken; nuttigen; opeten; oppeuzelen; tot zich nemen; verorberen kluiven; knabbelen; knagen; knauwen; oppeuzelen; opvreten; peuzelen; snoepen; spijzen; verslinden; verzwelgen
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
dispatch verzending

Wiktionary Translations for tot zich nemen:

tot zich nemen

Related Translations for zich