Dutch
Detailed Translations for afhandeling from Dutch to English
afhandeling:
-
de afhandeling (afdoening)
Translation Matrix for afhandeling:
Noun | Related Translations | Other Translations |
completion | afdoening; afhandeling | aanvulling; afbouw; afronding; afwerking; completering; supplement; suppletie; volbrenging; voltooiing |
conclusion | afdoening; afhandeling | afsluitingen; beëindiging; conclusie; conclusies; einde; einden; eindsom; gevolgtrekking; slot; slotbeschouwing; slotbeschouwingen; slotsom; slotsommen; sluiting |