Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. alleen maar:
  2. User Contributed Translations for alleen maar:
    • solely


Dutch

Detailed Translations for alleen maar from Dutch to English

alleen maar:

alleen maar adj

  1. alleen maar (slechts; enkel)
    just; only
    – and nothing more 1
    • just adj
      • just a scratch1
    • only adj
      • he was only a child1

Translation Matrix for alleen maar:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
just alleen maar; enkel; slechts braaf; daarnet; eenvoudigweg; eerlijk; juist; kortweg; krek; net; net aan; nog maar; nog maar pas; pas; precies; rakelings; rechtgeaard; rechtschapen; rechtvaardig; ternauwernood; zojuist; zonet
only alleen maar; enkel; slechts daarnet; doch; echter; juist; maar; net; niettemin; nochtans; pas; zojuist; zonet

Related Translations for alleen maar