Summary


Dutch

Detailed Translations for ambieerde from Dutch to English

ambieerde form of ambiëren:

ambiëren verbe (ambieer, ambieert, ambieerde, ambieerden, geambieerd)

  1. ambiëren
    to aspire; to aspire to; to strive for; to work towards; to strive after
    • aspire verbe (aspires, aspired, aspiring)
    • aspire to verbe (aspires to, aspired to, aspiring to)
    • strive for verbe (strives for, strived for, striving for)
    • work towards verbe (works towards, worked towards, working towards)
    • strive after verbe (strives after, strived after, striving after)

Conjugations for ambiëren:

o.t.t.
  1. ambieer
  2. ambieert
  3. ambieert
  4. ambiëren
  5. ambiëren
  6. ambiëren
o.v.t.
  1. ambieerde
  2. ambieerde
  3. ambieerde
  4. ambieerden
  5. ambieerden
  6. ambieerden
v.t.t.
  1. heb geambieerd
  2. hebt geambieerd
  3. heeft geambieerd
  4. hebben geambieerd
  5. hebben geambieerd
  6. hebben geambieerd
v.v.t.
  1. had geambieerd
  2. had geambieerd
  3. had geambieerd
  4. hadden geambieerd
  5. hadden geambieerd
  6. hadden geambieerd
o.t.t.t.
  1. zal ambiëren
  2. zult ambiëren
  3. zal ambiëren
  4. zullen ambiëren
  5. zullen ambiëren
  6. zullen ambiëren
o.v.t.t.
  1. zou ambiëren
  2. zou ambiëren
  3. zou ambiëren
  4. zouden ambiëren
  5. zouden ambiëren
  6. zouden ambiëren
diversen
  1. ambieer!
  2. ambieert!
  3. geambieerd
  4. ambierende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ambiëren:

NounRelated TranslationsOther Translations
strive for aansturen op; ambitie; aspiratie; azen; beogen; doel; intentie; pogen; streven; streven naar; trachten
VerbRelated TranslationsOther Translations
aspire ambiëren mikken op; streven; streven naar
aspire to ambiëren mikken op; streven; streven naar
strive after ambiëren mikken op; najagen; nastreven; streven; streven naar; trachten te verkrijgen; vervolgen
strive for ambiëren mikken op; streven; streven naar
work towards ambiëren mikken op; streven; streven naar

Wiktionary Translations for ambiëren:

ambiëren
verb
  1. naar iets streven
ambiëren
verb
  1. to hope or dream

Cross Translation:
FromToVia
ambiëren aim for; strive after; strive for erstreben(transitiv), gehoben: nach etwas streben, etwas zu erreichen suchen
ambiëren breathe; inhale; aspirate; aspire; long for; yearn; ache; long; ache for; aspire to; hope for aspirer — Traductions à trier suivant le sens