Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. geaard:
  2. aarden:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for geaard from Dutch to English

geaard:

geaard adj

  1. geaard

Translation Matrix for geaard:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
disposed geaard gehumeurd; gemutst; gestemd; gezind
tempered geaard
ModifierRelated TranslationsOther Translations
natured geaard

Related Words for "geaard":


geaard form of aarden:

aarden verbe (aard, aardt, aardde, aardden, geaard)

  1. aarden (gronden)
    to ground; to earthen
    • ground verbe (grounds, grounded, grounding)
    • earthen verbe (earthens, earthened, earthening)
  2. aarden (op aarde aansluiten)
    earth
  3. aarden (gewendraken; wennen; aanpassen)
    to get used to; to grow accustomed to; to settle down
    • get used to verbe (gets used to, got used to, getting used)
    • grow accustomed to verbe (grows accustomed to, grew accustomed to, growing accustomed to)
    • settle down verbe (settles down, settled down, settling down)

Conjugations for aarden:

o.t.t.
  1. aard
  2. aardt
  3. aardt
  4. aarden
  5. aarden
  6. aarden
o.v.t.
  1. aardde
  2. aardde
  3. aardde
  4. aardden
  5. aardden
  6. aardden
v.t.t.
  1. ben geaard
  2. bent geaard
  3. is geaard
  4. zijn geaard
  5. zijn geaard
  6. zijn geaard
v.v.t.
  1. was geaard
  2. was geaard
  3. was geaard
  4. waren geaard
  5. waren geaard
  6. waren geaard
o.t.t.t.
  1. zal aarden
  2. zult aarden
  3. zal aarden
  4. zullen aarden
  5. zullen aarden
  6. zullen aarden
o.v.t.t.
  1. zou aarden
  2. zou aarden
  3. zou aarden
  4. zouden aarden
  5. zouden aarden
  6. zouden aarden
diversen
  1. aard!
  2. aardt!
  3. geaard
  4. aardende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aarden:

NounRelated TranslationsOther Translations
earth aarde; aardkloot; aardkorst; bodem; bol; globe; grond
ground aarde; aardkorst; afweging; bodem; bodemoppervlak; bouwterrein; gebied; gemalen; grond; kavel; overdenking; overweging; perceel; terrein; vermalen; vloer
VerbRelated TranslationsOther Translations
earth aarden; op aarde aansluiten
earthen aarden; gronden
get used to aanpassen; aarden; gewendraken; wennen aanwennen; eigenmaken; gewend raken; gewennen; leren
ground aarden; gronden funderen; hameren; instellen; invoeren; kloppen met een hamer; koloniseren; onderbouwen; onderheien; oprichten; settelen; stichten; vestigen
grow accustomed to aanpassen; aarden; gewendraken; wennen
settle down aanpassen; aarden; gewendraken; wennen gaan zitten; gewend raken; inburgeren; plaatsnemen; zich neerzetten

Wiktionary Translations for aarden:

aarden
adjective
  1. van aarde gemaakt
verb
  1. zich thuis voelen, wennen, gewoon worden
  2. ~ naar
aarden
verb
  1. to connect an electrical conductor
  2. connect electrically to the earth