Dutch
Detailed Translations for gissing maken from Dutch to English
gissing maken:
Translation Matrix for gissing maken:
Noun | Related Translations | Other Translations |
estimate | becijfering; berekening; calculatie; gissing; inschatting; offerte; prijsopgave; raming; schatting; taxatie; waardebepaling; waardeschatting | |
guess | gissing | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
conjecture | gissen; gissing maken; raden | met aandelen spelen; speculeren; theoretiseren |
estimate | gissen; gissing maken; raden | afwegen; begroten; bepalen; beramen; berekenen; inschatten; ramen; schatten; taxeren |
guess | gissen; gissing maken; raden | |
presume | gissen; gissing maken; raden | aannemen; ervan uitgaan; postuleren; uitgaan van; vermoeden; veronderstellen; vooronderstellen |
speculate | gissen; gissing maken; raden | gewaagde zaken doen; gokken; met aandelen spelen; met geld spelen; speculeren; speculeren op; theoretiseren |
suppose | gissen; gissing maken; raden | ervan uitgaan; postuleren; vermoeden; vooronderstellen |
surmise | gissen; gissing maken; raden | postuleren; vooronderstellen |