Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. herwaarderen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for herwaarderen from Dutch to English

herwaarderen:

herwaarderen verbe (herwaardeer, herwaardeert, herwaardeerde, herwaardeerden, hergewaardeerd)

  1. herwaarderen (revalueren; hertaxeren)
    to revalue
    • revalue verbe (revalues, revalued, revalueing)

Conjugations for herwaarderen:

o.t.t.
  1. herwaardeer
  2. herwaardeert
  3. herwaardeert
  4. herwaarderen
  5. herwaarderen
  6. herwaarderen
o.v.t.
  1. herwaardeerde
  2. herwaardeerde
  3. herwaardeerde
  4. herwaardeerden
  5. herwaardeerden
  6. herwaardeerden
v.t.t.
  1. heb hergewaardeerd
  2. hebt hergewaardeerd
  3. heeft hergewaardeerd
  4. hebben hergewaardeerd
  5. hebben hergewaardeerd
  6. hebben hergewaardeerd
v.v.t.
  1. had hergewaardeerd
  2. had hergewaardeerd
  3. had hergewaardeerd
  4. hadden hergewaardeerd
  5. hadden hergewaardeerd
  6. hadden hergewaardeerd
o.t.t.t.
  1. zal herwaarderen
  2. zult herwaarderen
  3. zal herwaarderen
  4. zullen herwaarderen
  5. zullen herwaarderen
  6. zullen herwaarderen
o.v.t.t.
  1. zou herwaarderen
  2. zou herwaarderen
  3. zou herwaarderen
  4. zouden herwaarderen
  5. zouden herwaarderen
  6. zouden herwaarderen
en verder
  1. is hergewaardeerd
  2. zijn hergewaardeerd
diversen
  1. herwaardeer!
  2. herwaardeert!
  3. hergewaardeerd
  4. herwaarderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for herwaarderen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
revalue hertaxeren; herwaarderen; revalueren in waarde verhogen; opwaarderen

Wiktionary Translations for herwaarderen:

herwaarderen
verb
  1. to value again, give a new value to