Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Translate instructies

Translate instructies from Dutch to English

Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. instructies:
  2. instructie:
  3. Wiktionary:

Dutch

Detailed Translations for instructies from Dutch to English

instructies:

instructies [de ~] nom, pluriel

  1. de instructies (gebruiksaanwijzing; handboek; leidraad; aanwijzingen)
    the instructions; the handbook; the manual; the directory; the instructions for use
  2. de instructies (gebruiksaanwijzingen; aanwijzingen)
    the operation instructions; the directions for use; the instructions

Translation Matrix for instructies:

NounRelated TranslationsOther Translations
directions for use aanwijzingen; gebruiksaanwijzingen; instructies aanwijzingen; indicaties
directory aanwijzingen; gebruiksaanwijzing; handboek; instructies; leidraad adresboek; adresgids; map; zaakregister
handbook aanwijzingen; gebruiksaanwijzing; handboek; instructies; leidraad adresboek; adresgids; handleiding; handwijzer; uitleg; vademecum; wegwijzer
instructions aanwijzingen; gebruiksaanwijzing; gebruiksaanwijzingen; handboek; instructies; leidraad aanwijzingen; bijsluiter; gebruiksaanwijzing; geven van volmacht; handleidingen; indicaties; lastbrief; lastgeving; regelgeving; regularisatie; volmacht
instructions for use aanwijzingen; gebruiksaanwijzing; handboek; instructies; leidraad
manual aanwijzingen; gebruiksaanwijzing; handboek; instructies; leidraad beknopte handleiding; gids; handleiding; handwijzer; leerboek; leidraad; lesboek; schoolboek; studieboek; uitleg; vademecum; wegwijzer
operation instructions aanwijzingen; gebruiksaanwijzingen; instructies
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
manual handmatig; manuaal; met de hand

Related Words for "instructies":


instructie:

instructie [de ~ (v)] nom

  1. de instructie (briefing; uitleg)
    the instruction; the briefing
  2. de instructie (aanwijzing; voorschrift)
    the instruction; the assignment; the order; the command
  3. de instructie (onderricht; onderwijs; les; lering; onderrichting)
    the lesson; the tuition; the instruction
  4. de instructie
    the statement; the action statement
    – The smallest executable entity within a programming language. 1
  5. de instructie
    the instruction
    – An action statement in any computer language, most often in machine or assembly language. Most programs consist of two types of statements: declarations and instructions. 1

Translation Matrix for instructie:

NounRelated TranslationsOther Translations
action statement instructie
assignment aanwijzing; instructie; voorschrift bevelschrift; consigne; dwangbevel; gunning; kwestie; opdracht; opgaaf; opgave; order; probleem; taak; toewijzing; vraagstuk; zwaarte
briefing briefing; instructie; uitleg
command aanwijzing; instructie; voorschrift aanvoeren; aanvoering; autoriteit; beheersing; bevel; bevelschrift; commando; consigne; dienstorder; dwangbevel; gebod; gezag; heerschappij; leiding; macht; mate van bekwaamheid; opdracht; oppperbevel; order; taak; voorgaan
instruction aanwijzing; briefing; instructie; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; uitleg; voorschrift bevelschrift; consigne; cursus; dwangbevel; handleiding; lastbrief; lastgeving; les; mandaat; onderricht; onderrichting; onderwijs; opdracht; order; taak; uitleg
lesson instructie; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs cursus; les; lesuur; onderricht; onderrichting; onderwijs; schoolvak
order aanwijzing; instructie; voorschrift bestelling; bevel; bevelschrift; bezorging; commando; consigne; decoratie; dienstorder; dwangbevel; ereteken; gebod; lastbrief; lintje; mandaat; onderscheiding; onderscheidingsteken; opdracht; orde; order; overhandiging; regelmaat; ridderorde; taak; z-volgorde
statement instructie aangifte; aantekening; bankafschrift; bekendmaking; bericht; bevestiging; beweren; bewering; boodschap; constatering; declaratie; financieel overzicht; frase; gewag; gezegde; kwestie; lijst; mededeling; melding; meningsuiting; noot; notitie; opgaaf; opgave; opheldering; opnoeming; opschrijving; opsomming; overzicht; probleem; proces verbaal; rapport; rekeningoverzicht; relaas; staat; statement; stelling; tijding; toelichting; uitdrukking; uitlating; uitlegging; uitspraak; vaststelling; verklaring; vermelding; verwittiging; vraagstuk; zegswijze; zin; zwaarte
tuition instructie; lering; les; onderricht; onderrichting; onderwijs cursus; les; onderricht; onderrichting; onderwijs; schoolgeld
VerbRelated TranslationsOther Translations
command aanvoeren; besturen; bevel voeren over; bevelen; commanderen; decreteren; gebieden; gelasten; leiden; leiding geven; leidinggeven; managen; opdragen; verordenen; verordonneren; voorzitten
order aanrukken; aanvoeren; afkondigen; bestellen; bevel voeren over; bevelen; catalogiseren; classificeren; commanderen; decreteren; dicteren; een brief dicteren; gebieden; gelasten; gezaghebben; heersen; ingeven; leiden; leidinggeven; macht uitoefenen; opdragen; ordenen; orderen; organiseren; overheersen; rangordenen; rangschikken; regelen; regeren; schikken; uitvaardigen; verordenen; verordonneren; voorschrijven

Related Words for "instructie":


Related Definitions for "instructie":

  1. aanwijzing voor het gebruik2
    • je moet de instructies opvolgen als je dit spel wilt spelen2
  2. opdracht of order2
    • ik heb instructies om je te helpen2

Wiktionary Translations for instructie:

instructie
noun
  1. een order, een aanwijzing
instructie
noun
  1. single operation of a processor
  2. instruction or guideline that indicates how to perform an action or reach a goal
  3. computing: instruction in a computer program
Cross Translation:
FromToVia
• instructie → directive ↔ Anweisung — von einer Autorität erlassene Handlungsvorschrift; Anordnung, Befehl
• instructie → prescription ↔ prescription — Ordre







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0579 seconds
Page rendered in 1.0 seconds