Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. klaar leggen:


Dutch

Detailed Translations for klaar leggen from Dutch to English

klaar leggen:

klaar leggen verbe

  1. klaar leggen (uitspreiden)
    to spread; to put ready; to lay out
    • spread verbe (spreads, spread, spreading)
    • put ready verbe (puts ready, put ready, putting ready)
    • lay out verbe (lays out, laid out, laying out)

Translation Matrix for klaar leggen:

NounRelated TranslationsOther Translations
spread banket; beleg; broodbeleg; feestdiner; feestmaal; smulpartij; spreiding
VerbRelated TranslationsOther Translations
lay out klaar leggen; uitspreiden klaarleggen; klaarzetten
put ready klaar leggen; uitspreiden alvast neerzetten; klaarleggen; klaarzetten
spread klaar leggen; uitspreiden een boodschap uitdragen; rondstrooien; spreiden; uitdragen; uitwrijven; uitzaaien; uitzenden; verbreiden; verbreider; verdeler; verkondigen; verspreiden; verstrooien; verwijden; voortwoekeren; wijder maken; zich verder verspreiden
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
spread gespreid

Related Translations for klaar leggen