Summary
Dutch to English: more detail...
- kruimel:
- kruimelen:
-
Wiktionary:
- kruimel → crumb
- kruimel → crumb
- kruimelen → dissociate, take apart, atomize, resolve
Dutch
Detailed Translations for kruimel from Dutch to English
kruimel:
-
de kruimel
Translation Matrix for kruimel:
| Noun | Related Translations | Other Translations |
| crumb | kruimel | kruim |
| grain | kruimel | ader; graan; grein; korrel; korreltje; kruimeltje; nerf |
| granule | kruimel | grein; korrel; korreltje; kruimeltje |
Related Words for "kruimel":
Wiktionary Translations for kruimel:
kruimelen:
-
kruimelen (brokkelen)
Conjugations for kruimelen:
o.t.t.
- kruimel
- kruimelt
- kruimelt
- kruimelen
- kruimelen
- kruimelen
o.v.t.
- kruimelde
- kruimelde
- kruimelde
- kruimelden
- kruimelden
- kruimelden
v.t.t.
- heb gekruimeld
- hebt gekruimeld
- heeft gekruimeld
- hebben gekruimeld
- hebben gekruimeld
- hebben gekruimeld
v.v.t.
- had gekruimeld
- had gekruimeld
- had gekruimeld
- hadden gekruimeld
- hadden gekruimeld
- hadden gekruimeld
o.t.t.t.
- zal kruimelen
- zult kruimelen
- zal kruimelen
- zullen kruimelen
- zullen kruimelen
- zullen kruimelen
o.v.t.t.
- zou kruimelen
- zou kruimelen
- zou kruimelen
- zouden kruimelen
- zouden kruimelen
- zouden kruimelen
diversen
- kruimel!
- kruimelt!
- gekruimeld
- kruimelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for kruimelen:
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| crumble | brokkelen; kruimelen | desintegreren; in elkaar storten; ten gronde gaan; uit elkaar vallen; uiteenvallen; verbrokkelen; vergaan; verkommeren; verkruimelen; vervallen |