Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. onbehaard:


Dutch

Detailed Translations for onbehaard from Dutch to English

onbehaard:

onbehaard adj

  1. onbehaard (kaal; zonder haar)

Translation Matrix for onbehaard:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
bald kaal; onbehaard; zonder haar kaalhoofdig; obsceen; schuin; vies; vunzig; zedeloos
barren kaal; onbehaard; zonder haar bar; dor; droog; infertiel; kaal; onbegroeid; ongastvrij; onherbergzaam; onvruchtbaar; ruig; schraal; steriel; verdord
hairless kaal; onbehaard; zonder haar
ModifierRelated TranslationsOther Translations
without hair kaal; onbehaard; zonder haar