Dutch
Detailed Translations for optreden tegen from Dutch to English
optreden tegen:
optreden tegen verbe (treed op tegen, treedt op tegen, trad op tegen, traden op tegen, opgetreden tegen)
-
optreden tegen
Conjugations for optreden tegen:
o.t.t.
- treed op tegen
- treedt op tegen
- treedt op tegen
- treden op tegen
- treden op tegen
- treden op tegen
o.v.t.
- trad op tegen
- trad op tegen
- trad op tegen
- traden op tegen
- traden op tegen
- traden op tegen
v.t.t.
- heb opgetreden tegen
- hebt opgetreden tegen
- heeft opgetreden tegen
- hebben opgetreden tegen
- hebben opgetreden tegen
- hebben opgetreden tegen
v.v.t.
- had opgetreden tegen
- had opgetreden tegen
- had opgetreden tegen
- hadden opgetreden tegen
- hadden opgetreden tegen
- hadden opgetreden tegen
o.t.t.t.
- zal optreden tegen
- zult optreden tegen
- zal optreden tegen
- zullen optreden tegen
- zullen optreden tegen
- zullen optreden tegen
o.v.t.t.
- zou optreden tegen
- zou optreden tegen
- zou optreden tegen
- zouden optreden tegen
- zouden optreden tegen
- zouden optreden tegen
diversen
- treed op tegen!
- treedt op tegen!
- opgetreden tegen
- optredend tegen
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for optreden tegen:
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| deal with | optreden tegen | ageren; handelen; te doen hebben |