Dutch
Detailed Translations for perfectioneren from Dutch to English
perfectioneren:
perfectioneren verbe (perfectioneer, perfectioneert, perfectioneerde, perfectioneerden, geperfectioneerd)
-
perfectioneren (vervolledigen; completeren; voltooien; afmaken; volledig maken; vervolmaken)
-
perfectioneren (bijschaven)
Conjugations for perfectioneren:
o.t.t.
- perfectioneer
- perfectioneert
- perfectioneert
- perfectioneren
- perfectioneren
- perfectioneren
o.v.t.
- perfectioneerde
- perfectioneerde
- perfectioneerde
- perfectioneerden
- perfectioneerden
- perfectioneerden
v.t.t.
- heb geperfectioneerd
- hebt geperfectioneerd
- heeft geperfectioneerd
- hebben geperfectioneerd
- hebben geperfectioneerd
- hebben geperfectioneerd
v.v.t.
- had geperfectioneerd
- had geperfectioneerd
- had geperfectioneerd
- hadden geperfectioneerd
- hadden geperfectioneerd
- hadden geperfectioneerd
o.t.t.t.
- zal perfectioneren
- zult perfectioneren
- zal perfectioneren
- zullen perfectioneren
- zullen perfectioneren
- zullen perfectioneren
o.v.t.t.
- zou perfectioneren
- zou perfectioneren
- zou perfectioneren
- zouden perfectioneren
- zouden perfectioneren
- zouden perfectioneren
en verder
- is geperfectioneerd
- zijn geperfectioneerd
diversen
- perfectioneer!
- perfectioneert!
- geperfectioneerd
- perfectionerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for perfectioneren:
Related Definitions for "perfectioneren":
Wiktionary Translations for perfectioneren:
perfectioneren
verb
perfectioneren
-
meer perfect of volmaakt maken
- perfectioneren → perfect
verb
-
To make (something) optimal
-
make perfect