Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. ter overweging geven:


Dutch

Detailed Translations for ter overweging geven from Dutch to English

ter overweging geven:

ter overweging geven verbe (geef ter overweging, geeft ter overweging, gaf ter overweging, gaven ter overweging, ter overweging gegeven)

  1. ter overweging geven (voorleggen)
    to propound; to propose; to lay before
    • propound verbe (propounds, propounded, propounding)
    • propose verbe (proposes, proposed, proposing)
    • lay before verbe (lays before, laid before, laying before)

Conjugations for ter overweging geven:

o.t.t.
  1. geef ter overweging
  2. geeft ter overweging
  3. geeft ter overweging
  4. geven ter overweging
  5. geven ter overweging
  6. geven ter overweging
o.v.t.
  1. gaf ter overweging
  2. gaf ter overweging
  3. gaf ter overweging
  4. gaven ter overweging
  5. gaven ter overweging
  6. gaven ter overweging
v.t.t.
  1. heb ter overweging gegeven
  2. hebt ter overweging gegeven
  3. heeft ter overweging gegeven
  4. hebben ter overweging gegeven
  5. hebben ter overweging gegeven
  6. hebben ter overweging gegeven
v.v.t.
  1. had ter overweging gegeven
  2. had ter overweging gegeven
  3. had ter overweging gegeven
  4. hadden ter overweging gegeven
  5. hadden ter overweging gegeven
  6. hadden ter overweging gegeven
o.t.t.t.
  1. zal ter overweging geven
  2. zult ter overweging geven
  3. zal ter overweging geven
  4. zullen ter overweging geven
  5. zullen ter overweging geven
  6. zullen ter overweging geven
o.v.t.t.
  1. zou ter overweging geven
  2. zou ter overweging geven
  3. zou ter overweging geven
  4. zouden ter overweging geven
  5. zouden ter overweging geven
  6. zouden ter overweging geven
en verder
  1. ben ter overweging gegeven
  2. bent ter overweging gegeven
  3. is ter overweging gegeven
  4. zijn ter overweging gegeven
  5. zijn ter overweging gegeven
  6. zijn ter overweging gegeven
diversen
  1. geef ter overweging!
  2. geeft ter overweging!
  3. ter overweging gegeven
  4. ter overweging gevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ter overweging geven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
lay before ter overweging geven; voorleggen
propose ter overweging geven; voorleggen aanbevelen; aanraden; aanvoeren; iemand recommanderen; naar voren brengen; nomineren; opperen; poneren; te berde brengen; van plan zijn; voordragen; voorslaan; voorstellen
propound ter overweging geven; voorleggen

External Machine Translations:

Related Translations for ter overweging geven