Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Translate verwachting

Translate verwachting from Dutch to English

Summary

Dutch to English: more detail...

verwachting:
- expectation; prospect; anticipation; hope; outlook; pregnancy; wear; looking forward to; dress; costume
Wiktionary:
- verwachting → expectation
- verwachting → expectation, wait, needs, wants
User Contributed Translations for verwachting:
- expectancy

Dutch

Detailed Translations for verwachting from Dutch to English

verwachting:

verwachting [de ~ (v)] nom

de verwachting (afwachting; hoop)
the expectation; the prospect; the anticipation; the hope; the outlook
- expectation [the ~] nom
- prospect [the ~] nom
- anticipation [the ~] nom
- hope [the ~] nom
- outlook [the ~] nom
de verwachting (zwangerschap; dracht)
the pregnancy; the expectation; the wear; the looking forward to; the anticipation; the dress; the outlook; the costume
- pregnancy [the ~] nom
- expectation [the ~] nom
- wear [the ~] nom
- looking forward to [the ~] nom
- anticipation [the ~] nom
- dress [the ~] nom
- outlook [the ~] nom
- costume [the ~] nom

Translation Matrix for verwachting:

Noun	Related Translations	Other Translations
anticipation	afwachting; dracht; hoop; verwachting; zwangerschap
costume	dracht; verwachting; zwangerschap	kleding; kleren; kostuum; maatpak; mantelkostuum; pak; plunje; tenue; uitdossing; uniform
dress	dracht; verwachting; zwangerschap	gewaad; japon; jurk; jurkje; kleding; kleren; livrei; robe; tenue; uitdossing; uniform
expectation	afwachting; dracht; hoop; verwachting; zwangerschap
hope	afwachting; hoop; verwachting
looking forward to	dracht; verwachting; zwangerschap
outlook	afwachting; dracht; hoop; verwachting; zwangerschap	denkbeeld; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; standpunt; visie; zienswijze
pregnancy	dracht; verwachting; zwangerschap
prospect	afwachting; hoop; verwachting	prospect
wear	dracht; verwachting; zwangerschap	uitdossing
Verb	Related Translations	Other Translations
dress		aandoen; aankleden; aantrekken; afwerken; garneren; kleden; opmaken; opsmukken; schotels garneren; uitmonsteren; versieren; zich aankleden; zich kleden; zich tooien
hope		hopen; op hopen zetten; spinzen; van hoop vervuld zijn; verlangen
prospect		aftasten; bevoelen; inventariseren; koloniseren; settelen; vestigen
wear		aan hebben; dragen

Related Words for "verwachting":

verwachtingen

Related Definitions for "verwachting":

het denken of hopen dat het zal gebeuren¹
- we luisteren naar de weersverwachting¹

Wiktionary Translations for verwachting:

verwachting

noun

datgene wat verwacht wordt
- verwachting → expectation

verwachting

noun

that which is expected or looked for
- expectation → verwachting
act or state of expecting
- expectation → verwachting; afwachting

Cross Translation:

From	To	Via
• verwachting	→ expectation; wait; needs; wants	↔ attente — Traductions à trier suivant le sens

User Translations:

Word	Translation	Votes
verwachting	expectancy	7

External Machine Translations:

Related Translations for verwachting

in verwachting

¹Muiswerk Woordenboek