Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. zwerven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zwerven from Dutch to English

zwerven:

zwerven verbe (zwerf, zwerft, zwierf, zwierven, gezworven)

  1. zwerven (omzwerven)
    to roam; to rove; to wander about
    • roam verbe (roams, roamed, roaming)
    • rove verbe (roves, roved, roving)
    • wander about verbe (wanders about, wandered about, wandering about)
  2. zwerven (rondreizen; reizen; trekken)
    to travel; to hike; to travel about
    • travel verbe (travels, travelled, travelling)
    • hike verbe (hikes, hiked, hiking)
    • travel about verbe (travels about, travelled about, travelling about)
  3. zwerven (rondzwerven; aan de zwerf zijn)
    to roam; to wander
    • roam verbe (roams, roamed, roaming)
    • wander verbe (wanders, wandered, wandering)

Conjugations for zwerven:

o.t.t.
  1. zwerf
  2. zwerft
  3. zwerft
  4. zwerven
  5. zwerven
  6. zwerven
o.v.t.
  1. zwierf
  2. zwierf
  3. zwierf
  4. zwierven
  5. zwierven
  6. zwierven
v.t.t.
  1. heb gezworven
  2. hebt gezworven
  3. heeft gezworven
  4. hebben gezworven
  5. hebben gezworven
  6. hebben gezworven
v.v.t.
  1. had gezworven
  2. had gezworven
  3. had gezworven
  4. hadden gezworven
  5. hadden gezworven
  6. hadden gezworven
o.t.t.t.
  1. zal zwerven
  2. zult zwerven
  3. zal zwerven
  4. zullen zwerven
  5. zullen zwerven
  6. zullen zwerven
o.v.t.t.
  1. zou zwerven
  2. zou zwerven
  3. zou zwerven
  4. zouden zwerven
  5. zouden zwerven
  6. zouden zwerven
diversen
  1. zwerf!
  2. zwerft!
  3. gezworven
  4. zwervend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for zwerven:

NounRelated TranslationsOther Translations
hike dwaaltocht; expeditie; kuier; loopje; mars; omloop; ommetje; omzwerving; reis; rit; tocht; tochtje; toer; trektocht; uitje; voetreis; voettocht; wandeling; wandeltocht; zwerftocht
travel reis
VerbRelated TranslationsOther Translations
hike reizen; rondreizen; trekken; zwerven
roam aan de zwerf zijn; omzwerven; rondzwerven; zwerven dolen; roamen; ronddwalen; waren; zwalken
rove omzwerven; zwerven
travel reizen; rondreizen; trekken; zwerven afleggen; afreizen; heengaan; meters maken; verdwijnen; verlaten; wegreizen; wegtrekken
travel about reizen; rondreizen; trekken; zwerven bereizen; rondtrekken
wander aan de zwerf zijn; rondzwerven; zwerven dwalen; om zich heen kijken; rondkijken; rondneuzen; rondscharrelen; rondsnuffelen; struinen; zwalken
wander about omzwerven; zwerven ronddolen; rondtrekken; rondzwerven

Related Definitions for "zwerven":

  1. rondtrekken zonder vaste verblijfplaats1
    • in de zomer zwerven we door Frankrijk1

Wiktionary Translations for zwerven:

zwerven
verb
  1. doelloos of nomadisch heen en weer reizen
zwerven
verb
  1. wander freely
  2. to wander from a line, rule or duty
  3. to move without purpose or destination

Cross Translation:
FromToVia
zwerven roam; wander; stray errervaguer de côté et d’autre, aller çà et là.
zwerven prowl rôdererrer avec un air suspect.
zwerven roam; wander; stray vaguererrer çà et là, aller de côté et d’autre à l’aventure.