Summary
Dutch to Spanish: more detail...
- bijkomend:
- bijkomen:
-
Wiktionary:
- bijkomend → secundario, accesorio, accidental
- bijkomend → adicional, extra, de más, auxiliar, accesorio, accidental, secundario, segundario
- bijkomen → reponerse
Dutch
Detailed Translations for bijkomend from Dutch to Spanish
bijkomend:
-
bijkomend (bij het hoofdfeit komende)
Translation Matrix for bijkomend:
Modifier | Related Translations | Other Translations |
adicional | bij het hoofdfeit komende; bijkomend | extra; toegevoegd |
suplementario | bij het hoofdfeit komende; bijkomend |
Wiktionary Translations for bijkomend:
bijkomend
Cross Translation:
adjective
-
een andere zaak dan de hoofdzaak aanduidend
- bijkomend → secundario; accesorio; accidental
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bijkomend | → adicional; extra; de más | ↔ additional — Supplemental or added to |
• bijkomend | → auxiliar | ↔ auxiliary — supplementary or subsidiary |
• bijkomend | → accesorio; accidental | ↔ accessoire — Qui n’regarder que comme la suite, l’accompagnement ou la dépendance de quelque chose de principal. |
• bijkomend | → auxiliar; accesorio; accidental | ↔ auxiliaire — à classer |
• bijkomend | → secundario; segundario | ↔ secondaire — Qui est accessoire, qui ne venir qu’en second. |
bijkomend form of bijkomen:
-
bijkomen (op adem komen)
Conjugations for bijkomen:
o.t.t.
- kom bij
- komt bij
- komt bij
- komen bij
- komen bij
- komen bij
o.v.t.
- kwam bij
- kwam bij
- kwam bij
- kwamen bij
- kwamen bij
- kwamen bij
v.t.t.
- ben bijgekomen
- bent bijgekomen
- is bijgekomen
- zijn bijgekomen
- zijn bijgekomen
- zijn bijgekomen
v.v.t.
- was bijgekomen
- was bijgekomen
- was bijgekomen
- waren bijgekomen
- waren bijgekomen
- waren bijgekomen
o.t.t.t.
- zal bijkomen
- zult bijkomen
- zal bijkomen
- zullen bijkomen
- zullen bijkomen
- zullen bijkomen
o.v.t.t.
- zou bijkomen
- zou bijkomen
- zou bijkomen
- zouden bijkomen
- zouden bijkomen
- zouden bijkomen
diversen
- kom bij!
- komt bij!
- bijgekomen
- bijkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for bijkomen:
Verb | Related Translations | Other Translations |
recuperar el aliento | bijkomen; op adem komen |